05 september 2016

Ons voedsel (13): Duurzaamheid in onze voedselproductie is ver te zoeken

Aan het begin van deze voedsel-zoektocht heb ik geschreven dat ik steeds meer het gevoel kreeg dat we een probleem krijgen met onze voedselvoorziening als we doorgaan zoals we nu bezig zijn. In meer dan 35 blogs over ons voedsel heb ik verschillende aspecten van onze huidige voedselproductie bekeken. In het onderstaande overzicht worden de belangrijkste conclusies van deze blogs op een rij gezet. In de parallelle reeks 'verbeterde voedselproductie' worden juist de aspecten voor de oplossingsrichtingen besproken.

In blog 3a, 3b en 3c is gekeken naar de stijging van de voedsel productie. De wereldbevolking is geëxplodeerd, wat mogelijk is geweest dankzij een enorme toename van de voedselproductie, voornamelijk door de Groene Revolutie, waarbij door de introductie van nieuwe variëteiten, kunstmest, pesticiden, nieuwe irrigatietechnieken, verbeterde zaden en het verstrekken van landbouwkredieten van voedsel enorm is gestegen.
Door de stijging van de voedselproductie en het welvaartsniveau is ook de vlees consumptie enorm gestegen, waardoor heel veel voedsel voor dieren moet worden geproduceerd.
Hoewel de consumptie is gestegen, is het dieet echter enorm verschraalt: 75 % van het wereldwijde voedsel wordt geproduceerd met behulp van 12 planten soorten en 5 dieren soorten.

Hoeveel (grond)water de landbouw verbruikt is langsgekomen in blog 4a. De groei van de landbouw en de wereldbevolking is op veel plaatsen bereikt door veel (grond)water te gebruiken. Gevolg is dat vooral in de VS, grote delen van Azie en het Midden Oosten (grond)water steeds schaarser aan het worden is: er wordt veel meer grondwater gebruikt dan er wordt aangevuld. In blog 4b is vervolgens gekeken naar het de groenwatervoetafdruk van watergebruik, oftewel hoeveel water gebruikt voor landbouw, veeteelt, bosbouw en stedelijk gebruik gedeeld door wat er bij duurzaam gebruik maximaal beschikbaar is (ook wel overshootwaarde genoemd). De gebieden met de grootste overshootwaarden zijn vooral eilanden, (ze moeten alles gebruiken wat er is om te overleven). Nederland heeft de grootste overshootwaarde van de gematigde streken; dit komt vooral omdat we een grootverbruiker zijn van Rijnwater. Dit laat zien dat Nederland zeer afhankelijk is van het Rijnwater en maakt Nederland qua waterbeheer daardoor heel kwetsbaar.

In de blog 5a en 5b is gekeken naar bestuiving, de bijen dreigen uit te sterven, terwijl deze voor ons voedsel van wezenlijk belang zijn: in ieder geval 35% van ons voedsel is afhankelijk van dierlijke bestuiving. In blog 5c is getoond dat het slecht gaat met de dagvlinders, wat voornamelijk is veroorzaakt door een verhoogde stikstofdepositie. De verspreiding is met ongeveer 70% afgenomen en de aantallen dagvlinders zijn sinds 1940 met ruim 80% afgenomen.

Gevolg van de Groene  Revolutie is geweest dat het energiegebruik voor voedsel productie enorm is gestegen, zodat we geen voedsel meer kunnen produceren zonder olie toe te voegen: in blog 6a is getoond dat ten tijde van het ploegen met het paard werd voor elke calorie energie die in het voedsel werd gestoken 2 calorien voedsel geproduceerd. Nu wordt er internationaal voor elke calorie die op ons bord ligt ongeveer 8 calorien aan energie gebruikt. In blog 6b is hierbij naar de Nederlandse data gekeken. Allereerst het tonnage wat de landbouw op het land gebruikt versus wat geoogst wordt: sinds de jaren 90 wordt er meer tonnage (kunstmest, pesticiden, zaaigoed) op het land aangebracht dan er geoogst wordt. Vanaf de jaren 50 is de Nederlandse landbouw meer energie gaan gebruiken dan ze produceren. Het hangt echter sterk af per sector, de akkerbouw en de fruitteelt zijn nog netto energieproducenten, terwijl de glastuinbouw, veeteelt en volle grondteelt van groenten een netto energieminer zijn.

Een enorme stijging van de voedsel productie, waarbij de hoeveelheid input en de hoeveelheid energie sterk is gestegen, kwam de vraag naar voren: blijven al die grondstoffen wel beschikbaar? Op de lange zullen de grondstoffen niet beschikbaar blijven, bleek uit de 7e blog.

De opkomst van de grote voedsel verwerkende concerns heeft tot gevolg dat op dit moment al minstens 30% van de verpakte voedselproductie in de handen is van 10 bedrijven, met een gezamenlijke omzet van ruim $410 miljard, meer hierover in blog nummer 8a. Deze bedrijven kunnen hun grote gebruiken om hoge verkoopprijzen, lage inkoopprijzen (onder kostprijs) of zelfs zeer lange betalingstermijnen af te dwingen. Ook op de biologische voedselmarkt zijn de grote voedsel verwerkende concerns steeds meer te vinden bleek in blog 8b. Voedt Nederland de wereld? Die vraag is onder andere bekeken in blog 8c. Nederland staat qua opbrengsten per ha in de top van de wereld, ook de export van landbouwproducten is zeer groot, Nederland staat al jaren op de tweede plaats qua export van landbouw producten. Als je kijkt naar hoe groot de bijdrage echter is, is deze zeer beperkt: Nederland produceert ten opzichte van de totale wereldmarkt 1,8% van de zuivel, 1,1% van het vlees en 0,24% van het plantaardige voedsel. Kortom Nederland levert een bijdrage, maar voedt de wereld niet.

De groene revolutie heeft kunstmest en pesticiden noodzakelijk gemaakt, maar ook veredeling van gewassen heeft een steeds grotere rol gekregen. In de blog 9a kan worden gelezen dat zaaigoedproducerende bedrijven zijn de laatste jaren steeds meer opgekocht door producenten van pesticiden. 5 van de 10 bedrijven die pesticiden produceren, staan ook in de top 10 van de grootste zaaigoedproducenten. Dit betekend een verschraling van zaaigoed variatie, wat op de lange termijn de voedselzekerheid niet ten goede komt en opnieuw een dominantere partij voor de agrariers. Blog 9b laat zien hoe deze zaaigoedproducerende bedrijven niet alleen steeds groter worden, maar ook steeds meer dominantie wereldwijd proberen te krijgen, door strikte regelgeving omtrent het verzamelen en verhandelen van zaaigoed door de agrarische sector zelf. In steeds meer landen is dit niet meer toegestaan, wat vooral voor de boeren die voor zichzelf produceren een zeer groot probleem kan gaan worden als hier zeer sterk op gehandhaafd gaat worden.

In Afrika en Azie is een enorme handel in landbouwgrond op gang gekomen in de laatste 2 decennia. De 10e blog gaat hierop in. Minstens 109 miljoen ha is verkocht, in Gambia, Filipijnen, Liberia, Sierra Leone en Soedan is meer dan 15% van het landoppervlak verkocht. Doel van deze landhandel is voornamelijk om landbouwproductie en houtproductie voor het kopende land op te laten plaatsvinden en om biofuels te laten groeien. Lokale bevolking staat daarna met lege handen.

In de 11e blog wordt stilgestaan bij de impact van kunstmest op de bodem. Grootschalige landbouw gebruikt veel kunstmest, en het land wordt elk jaar geploegd. Door het ploegen worden schimmelnetwerken elk jaar doorgesneden, door kunstmest worden schimmelnetwerken minder nodig voor planten om voedingsstoffen aan te leveren. Hierdoor breken bodem aggregaten - die een groot deel van de bodemstructuur maken - af. Gevolg is een verminderd porien volume, een verminderde sponswerking om water vast te houden, en een verminderde capaciteit om nutrienten vast te houden.

De verschraling van de gebruikte varieteiten en het doorkweken op mooie vruchten, en de toediening van kunstmest hebben gevolgen voor de voedingswaarde van ons voedsel, komt naar voren in blog nummer 12a. Met name de toediening van kunstmest heeft tot gevolg dat de voedingswaarde wordt verdund. In blog 12b, 12c en 12d zijn bestaande onderzoeken naar de samenstelling van de landbouwproducten bekeken. 
In blog 12b is een studie uit de VS bekeken, waaruit blijkt dat er een daling is opgetreden bij veel mineralen en vitaminen in landbouwproducten. 
In blog 12c zijn de resultaten weergegeven van de vergelijking van de NEVO tabellen van 1971 en 2010. De vergelijking laat zien dat er behoorlijke veranderingen zijn opgetreden vooral bij de samenstelling van aardappelen, fruit en groenten. De samenstelling van noten en peulvruchten is minder veranderd. Het meest opvallende hierbij is de toename van de hoeveelheid energie in het merendeel van de producten en het totaal verdwijnen van de vetten in groenten. 
Wereldwijd zijn er veel onderzoeken naar de samenstelling van het eten uitgevoerd, daarom zijn deze in blog 12d naast elkaar gelegd. Het naast elkaar leggen van een 8 tal onderzoeken laat zien dat het erop lijkt dat de samenstelling per jaar sterk kan verschillen. Er is dus sprake van een bepaalde bandbreedte. Aangezien veel studies een punt in het verleden en in het heden hebben, is het lastig om daaruit de bandbreedte te bepalen, en vervolgens de verandering te bepalen.

In de 14e blog wordt gekeken naar het proces van verwoestijning. Grootschalige landbouw in gebieden waar jaarlijks minder neerslag valt dan er per jaar kan verdampen, resulteert op de lange termijn in verzilting, bodemerosie en uiteindelijk verwoestijning. Kleinschalige irrigatie met hoogrenderende gewassen, goede wateropvang en bodembescherming om bodem erosie te voorkomen, kunnen gezamenlijk voorkomen dat verwoestijning optreedt.

In een globaliserende wereld wordt verhandeling van producten steeds belangrijker, daarom is in blog 15 gekeken naar de tussenhandel. Vier bedrijven zijn verantwoordelijk voor het grootste deel van de handel in ons dagelijks eten. Zo zijn deze 4 bedrijven, ADM, Bunge, Cargill en Louis Dreyfus verantwoordelijk voor 70% van de handel in granen. Dit maakt deze handel zeer kwetsbaar. Daarnaast wordt speculatie in ons eten mogelijk.

In de 16e blog wordt gekeken naar verzilting. Verzilting treedt voornamelijk op daar waar een tekort is aan water, als gevolg van een grotere jaarlijkse potentiele verdamping dan de jaarlijkse neerslag. Hierdoor is er een continue upwaardse flux van bodemvocht, als er water in de bodem is. Grootschalige irrigatie in deze gebieden is dan ook vragen om verzilting, Met precizie irrigatie kan dit risico worden beperkt, maar uitsluiten is nooit volledig mogelijk.

Het verlies van de toplaag van onze bodem staat bij blog 17 in de spotlights. Als gevolg van grootschalige landbouw en verkeerd graasbeheer staat het er niet goed voor met onze bodem: we verliezen wereldwijd ongeveer 25 miljard ton bodem per jaar. Daarnaast neemt de kwaliteit van de bodem af als gevolg van grootschalige landbouw, voornamelijk door de afname van het organisch stofgehalte. Geschat wordt dat als we deze processen niet stoppen we nog 30 tot 60 jaar hebben voordat we geen (goede) bodems meer overhebben om ons eten op te produceren.

In blog 18 wordt gekeken naar bomen. Op dit moment zijn er ongeveer 400 bomen per persoon op deze planeet. Het aantal bomen op aarde is echter al gehalveerd sinds de mens invloed kreeg. Op dit moment verdwijnen er ongeveer 1,5 boom per persoon per jaar. Zonder bevolkingsgroei zijn dus in ongeveer 250 jaar alle bomen verdwenen op onze planeet.
 
In de 19e blog komt de impact van de landbouw op de wormen populatie in de bodem langs. Als gevolg van grootschalige landbouw nemen het aantal wormen per m2 sterk af: doordat er weinig organisch materiaal is (mulch ontbreekt). is er weinig eten beschikbaar voor de strooiseleters. Als gevolg van (diep)ploegen zijn er minder pendelaars en grondeters ten opzichte van bij niet grondkerende grondbewerking. Door het gebruik van veel grondbewerkingen zijn wormenaantallen daarbij veel lager dan bij permanente gewassen (grasland bijvoorbeeld). Gebruik van kunstmest en pesticiden hebben tot gevolg dat wormenaantallen verder afnemen.

In blog 20 wordt uitgezoomd naar het grotere plaatje middels systeemkunde: simpele/gecompliceerde versus complexe systemen. Productiesystemen in fabrieken zijn gecompliceere systemen, die kunnen worden ontrafeld en vervolgens kunnen worden geoptimaliseerd en efficient gemaakt kunnen worden. Landbouwsystemen zijn echter complexe systemen die een heel andere optimalisatie vereisen: ze moeten op een holisitische manier worden geoptimaliseerd. Door ze te optimaliseren als een gecompliceerd systeem, vliegen een heleboel componenten die niet worden geoptimaliseerd, uit de bocht.

In de 21e blog wordt een wetenschappelijke publicatie besproken waaruit blijkt dat kunstmest de afweer van planten kan verlagen.
In blog 22 worden de gezonde grenzen van onze groei besproken. Er zijn 9 parameters geformuleerd waarmee we de grenzen van gezonden groei kunnen aangeven. Hiervan zijn er al 4 fors door de gezonde grens geschoten; drie grenzen zijn nog niet te formuleren, omdat we niet weten hoe we de grens kunnen bepalen (genetische diversiteit, atmosferische aerosolen en nieuwe geintroduceerde chemische stoffen).
 
Hoeveel zijn de gronden waarop landbouw wordt bedreven waard? Dat is het onderwerp van blog 23. Vanaf de jaren 50 (rond de start van de groene revolutie) zijn de reele waarden van de gronden sterk gestegen. Dit is onder andere te verklaren door de sterke stijging in opbrengst per ha; de opbrengst per ha is veel sterker gestegen dan in andere Europese landen, met als gevolg ook een stijging van de gronden. Qua prijzen per ha behoort Nederland tot de duurste landen van Europa. Prijzen verschillen echter binnen andere Europese landen veel sterker dan in Nederland. In Noord Italie en Zuid Duitsland zijn de prijzen vergelijkbaar
 
Het voorjaar lijkt steeds droger te worden en een droge zomer lijkt ook steeds meer voor te komen, daarom is in blog 24 gekeken naar in hoeverre een droog voorjaar ook een droge zomer betekend. Het blijkt dat dit twee zeer verschillende dingen zijn. De hele droge zomers zijn veelal vrij laat op gang gekomen, en de droge voorjaren resulteren eigenlijk niet in een zeer extreem droge zomer. Wel lijkt het erop dat het neerslagtekort op 1 mei (als maat voor het jaarlijks optredende neerslagtekort) groter is geworden in de afgelopen 20 jaar, ten opzichte van de 35 jaar daarvoor.

Kortom: de groene revolutie heeft ons veel voedsel gegeven, maar de kostprijs is te hoog. Het systeem kraakt aan alle kanten en de grenzen van gezonde groei zijn we al voorbij. Het voedsel systeem gebruikt teveel energie, grondstoffen blijven op de lange termijn niet beschikbaar, de bodem wordt uitgeput en de schaalvergroting leidt tot een schrikbarende verschraling van ons ecosysteem en een zorgwekkende verdwijning van biodiversiteit en het uitsterven van soorten, de bodem verdwijnt of wordt onvruchtbaar, de bestuivers krijgen het steeds moeilijker, de bodem bevat steeds minder wormen en steeds meer bomen verdwijnen. Tenslotte worden de keten van agrarier naar consument en de zaaigoed, kunstmest en pesticiden producenten steeds sterker, met alle negatieve gevolgen voor de agrarier en de consument.

Volgens mij moet het echter ook anders kunnen, daar richt ik mij op in de parallelle reeks 'verbeterde voedselproductie'.

Ons voedsel 12d        Ons voedsel 14
                                                      Verbeterde voedselproductie 1

2 opmerkingen:

Eva zei

Hartelijke dank voor dit overzicht en voor alle andere mooie en goed doordachte essays in jouw blog.
Een aardige ondersteuning bij de jaarcursus Voedselbos die ik momenteel volg.

Helaas lukte abonneren op jouw blog me niet. Klikken op de Atom feed link bracht mij naar een pagina vol tekst en htmlcodes.

eenreiziger zei

Hoi Eva, ik denk dat er op dat moment iets niet goed ging. Want volgens mij moet je je nu kunnen abonneren op de blog via Atom feed.