Het jaar 2018 heeft een hele droge zomer gehad, het jaar 2019 is redelijk droog geweest, en in 2020 was het voorjaar behoorlijk droog en was men bang voor opnieuw een droge zomer. In
blog 24a is gekeken naar het verschil tussen een droge zomer een een droog voorjaar. Een droog voorjaar bleek absoluut geen garantie te zijn voor een droge zomer, een aantal van de zeer droge zomers kwamen pas later in het jaar op gang, en veel droge voorjaren werden niet gevolgd door een droge zomer.
In alle nieuwsberichten over droogte en herstel van droogte klinkt steeds terug: grondwaterstanden herstellen onvoldoende (zie bijvoorbeeld
dit bericht), mede hierom is bijvoorbeeld
het droogteportaal in het leven geroepen.
De
droogtemonitor van het KNMI houdt op aan het einde van september, omdat dan de verdamping sterk afneemt en omdat de gewassen van het land zijn. In de hydrologie wordt er hierbij vanuit gegaan dat de winter een zodanig overschot aan neerslag heeft dat het hele tekort weer wordt aangevuld, zodat per 1 april het tekort volledig is aangevuld. Na 1 april, als het hydrologisch jaar begint, begint de droogtemonitor opnieuw te lopen. Hydrologen gaan ervan uit dat in de winter het tekort omgezet is in een overschot, een overschot van gemiddeld ongeveer 300 mm per jaar (zie bijvoorbeeld
deze website). In de
Bosatlas van het klimaat is een kaart opgenomen die de door het KNMI berekende gemiddelde waarde van 1981 tot 2010 voor Nederland laat zien. Het grootste deel hiervan heeft waarden tussen de 240 en 360 mm, met uitzondering van een aantal drogere regio's (delen van Zeeland, het oosten van Noord Brabant en delen van Limburg).
|
Bron: https://www.meteo-julianadorp.nl/Klimaatatlas/Klimaatatlas-Neerslagoverschot.html
|
De vraag is echter, treedt deze reset op 1 april nog steeds op? Of is de hoeveelheid neerslag in de winter regelmatig zodanig minder, dat er op 1 april nog steeds sprake van een neerslagtekort (waardoor de natuur op 1 april al met een tekort begint)? Dat is waar deze blog over gaat.