18 december 2008

Het OM wil de infiltrant terug

“Het Openbaar Ministerie wil dat criminelen weer in dienst van de politie infiltreren in misdaadnetwerken. Dat zei hoofdofficier Bart Nieuwenhuizen van het Landelijk Parket dit weekend tijdens het congres van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten in Maastricht.” Aldus de Spits op maandag 15 december 2008. In 2006 publiceerde Elsevier al een soortgelijk verhaal afkomstig van dezelfde persoon en in 2007 melde het Nederlands Dagblad hierover, waarbij de KLPD en de landelijke recherche de spreekbuis waren. Ze blijven het proberen. Sinds de IRT affaire in 1996 is het gebruik van infiltranten verboden. Echter, sinds 2001 zou de situatie zodanig veranderd zijn dat infiltranten noodzakelijk zijn. Maar hierbij wordt geen enkele garantie gegeven dat fouten die in het verleden begaan zijn, worden voorkomen. De gemaakte fouten zijn immers de reden geweest dat de wetgeving is aangescherpt! In een heel andere sector likt men nu de wonden van soortgelijke fouten: in de financiële sector. Na de grote crises van de jaren 30 van de 20e eeuw heeft president Roosevelt van de verenigde staten strenge financiële regelgeving opgesteld – de Glass-Steagall Act - om te voorkomen dat een dergelijke crises opnieuw zou kunnen plaatsvinden. Deze wetgeving regelde onder andere een zeer streng toezicht op banken. Een noodzakelijk kwaad, want helaas gaat de mens nu eenmaal voor maximaal eigengewin, ook als dat ten koste gaat van een ander. Toezicht houden en de juiste kaders stellen, dat is het belangrijkste wat de overheid moet doen. Toen het schuldcomplex van de bankiers verdwenen was, 60 jaar na dato, is men gaan lobbyen om deze act van tafel te krijgen. Uiteindelijk is deze regelgeving in 1999 onder president Clinton afgeschaft, in de hoop dat minder toezicht zou leiden tot meer economische groei. Economische groei hebben we gehad ja, maar daardoor ook het drama van de kredietcrisis. Het idee dat minder toezicht leid tot meer economische groei is een naïef en kortzichtig idee. Deze conclusie uit de financiële wereld zou het OM en de recherche zich ter harte moeten nemen. Opsporingsmogelijkheden zonder toezicht leiden hoe dan ook tot excessen, dat zit nu eenmaal in de aard van het beestje dat mens heet. De IRT affaire heeft dat bewezen. En zolang er geen garantie is dat toezicht op infiltranten is verbeterd ten opzichte van de jaren 80 en 90, zullen de fouten (in een andere vorm) worden herhaald.

09 november 2008

Micro versus macro schaal

“De wereld is een dorp geworden” zegt men wel eens, je kunt skypen met iedereen, waar ook ter wereld. Het nieuws komt zeer snel naar je toe, het meest aansprekende voorbeeld daarvan, is wel dat velen het tweede vliegtuig op 9 – 11 live de tweede toren van de Twin Towers in hebben zien vliegen. En elke dag komt er weer een nieuwe lading slecht nieuws naar ons toe, die totaal anders is dan het slechte nieuws van gisteren. Tegelijk is de tegenbeweging op gang, er gebeurt zoveel, je wordt zo overspoelt door de hoeveelheid slecht nieuws over onze 6,5 miljard medebewoners van deze planeet, dat we gek worden van de hoeveelheid ellende. We verzuipen erin, we stompen af en trekken ons terug op ons eigen eilandje, ons veilige woninkje, onze eigen buurt, ons eigen sociale netwerk, onze eigen vertrouwde cultuur. (zie bijvoorbeeld het succes van tv-programma’s met aandacht voor de lokale situatie, zoals Hart van Nederland en de Twentse soap “Van Jonge Leu en Oale Groond”). We leven echter wel in een wereld, die zich niet houdt aan deze grenzen. Terugtrekken uit de grote boze wereld, levert alleen maar vervreemding van die wereld op, zeker als de grote boze wereld in een turbulent vaarwater terecht is gekomen, als de cultuur uit die grote boze wereld de cultuur is van onze buurman. En dat levert problemen op. Mensen die zich willen terugtrekken in hun vertrouwde wereldje, worden geconfronteerd met een andere cultuur. Een cultuur met haar eigen normen en waarden, die over het algemeen niet overeen komen met de normen en waarden van de westerling. Lang is dit cultuurverschil genegeerd. Gevolg is alleen wel dat er een generatie is opgegroeid die bijna schizofreen is, ze groeien op in een land waar ze niet thuis horen, en in het land van hun voorouders horen ze ook niet (meer) thuis. Ontheemde vervreemde mensen die geen doel voor ogen hebben gaan dan vreemde dingen doen. Zie bijvoorbeeld het gebeuren met het ambulancepersoneel in Amsterdam (begin september 2008) en met de buschauffeurs in Gouda (eind september 2008). En omdat we al heel lang niet met die vreemde mensen om ons heen hebben gepraat (alleen wel heel veel over), hebben we geen relatie met hun en kunnen we nu niet meer de culturele kloof overbruggen. ... In heel veel discussies komt het probleem van micro en macro schaal terug. Laat ik een aantal voorbeelden noemen
  • In de rechter hoek van de christelijke kerken woed een discussie of opwekkingsliederen nu wel of niet gezongen moeten worden. Groep 1 hanteert het argument, direct doen, want ik kan me er zo goed in uiten (micro schaal). Groep 2 hanteert het argument, niet doen, want theologisch heeft dit grote gevolgen (macro schaal). Aangezien deze 2 argumenten totaal geen verband met elkaar hebben, is het erg lastig om elkaar in de discussie te vinden.
  • Alle ethische discussies in de politiek lopen tegen hetzelfde probleem aan. De progressievelingen willen het, want dat is hun individueel recht (micro schaal). De christenen/ conservatieven voeren allerlei glijdende schaal argumenten aan, gaan in op de gevolgen die het heeft voor de toekomst (macro schaal). Uiteindelijk kan men elkaar niet vinden en wordt de macro schaal argumentatie groep weggezet als achterhaald, bekrompen, moeilijk doeners, zwartgalligen etc.
  • In de politieke arena hanteert Geert Wilders ook heel vaak de micro argumenten. Hij pakt een klein recent voorbeeld en trekt dat 1 op 1 door naar macro schaal; een paar Marokkanen hebben iets gedaan, dus zijn alle Marokkanen criminelen, die allemaal moeten worden terugstuurt naar hun moederland (terwijl velen in Nederland zijn geboren). En de overige politici kijken ernaar en staan met de mond vol tanden. Geert is ongrijpbaar, maar hij scoort er ondertussen wel heel goed mee.
Waarom spreken de “ik vind” argumenten en de ongenuanceerde extrapolatie van Geert zo aan? In onze geïndividualiseerde maatschappij gaat iedereen voor zelf ontplooiing ten koste van alles wat in de weg staat, ik moet mezelf ontplooien, ik moet mezelf ontwikkelen, ik moet succesvol zijn. Dat succes moet ik zo snel mogelijk bereiken, snelle slagen maken, zo snel mogelijk naar de top, en dat moet ik morgen, eigenlijk vandaag al, bereiken. Gelukkig luistert de politiek heel goed naar de burger en doet dit elke dag opnieuw. Als ik vandaag een probleem heb is dat vanavond op het journaal en morgen in de kamer in een spoeddebat. En de politiek denkt, kijk burgers we luisteren echt wel naar je! Lost het echter iets op? NEE Extrapolatie van micro argumenten naar macro schaal heeft namelijk NIETS met de werkelijkheid te maken. In macro-discussies micro argumenten aanvoeren is een heel krachtig middel om mensen aan te spreken, maar heeft weinig te maken met de realiteit op het macro niveau. Want op micro niveau zijn er relatief weinig factoren waar rekening mee gehouden dient te worden, op macro niveau moeten er altijd een afweging worden gemaakt welke factoren het zwaarst wegen. Verder spelen sommige micro processen niet op macro niveau en andersom. Gevolg is dat de kloof met de burger er misschien gedicht lijkt mee te worden, maar als de uitwerking dan lastiger blijkt te zijn dan de simplistische microargumentatie doet vermoeden (zoals eigenlijk altijd het geval is) wordt de kloof uiteindelijk alleen maar groter.

22 september 2008

Waardering voor de veteraan

Om in een werkomgeving goed te kunnen functioneren zijn 4 aspecten van belang: 1. Lichaam, Geld: Krijg je genoeg geld? 2. Hart, Waardering: Heb je een leuk team en wordt je werk gewaardeerd? 3. Ziel, Voldoening: draagt je werk bij aan een hoger doel? 4. Geest, uitdaging: wordt je in je werk steeds weer uitgedaagd je grenzen te verleggen? Als je soldaat wordt, wordt je gedrild, wordt je getraind, moet je steeds je grenzen verleggen; afhankelijk van het onderdeel waar je zit, zijn dit geestelijke en of lichamelijke grenzen. Je lichaam wordt maximaal uitgedaagd, je geest wordt op scherp gezet. Door de harde training trek je snel naar je maten toe, zodat een team wordt gesmeed; een goede teamspirit is voor soldaten immers letterlijk van levensbelang! Maar hoe zit het met waardering voor de soldaten? Waardering van het publiek? Waardering van de Nederlandse publieke opinie? Hoe voelt een soldaat zich als, na het sneuvelen van een soldaat, thuis een discussie losbarst over het misschien moeten terugtrekken van de soldaten? Als hij misschien over een maand wordt teruggetrokken, kan hij vandaag dan nog zo vechten als een soldaat moet doen? De gouden moraal van een soldaat is immers “Totdat je weet dat je toch zult sterven, kun je niet fatsoenlijk vechten, dat mag extreem zijn, maar dat is de gouden standaard” * Soldaten krijgen waardering van hun missie bij thuiskomst, ze krijgen een onderscheiding voor het voltooien van een missie, ze krijgen een onderscheiding voor de heldenmoed die ze hebben getoond. ... Maar krijgen soldaten ook de waardering van het thuisfront? In de praktijk blijkt dit in Nederland vaak tegen te vallen. De lokale situatie in het land waar ze naartoe uitgezonden waren en de lokale cultuur zijn lastig over te brengen, laat staan dat verhalen over de missie dan goed aan het thuisfront over te brengen zijn. En als een veteraan voor de zoveelste keer zijn verhaal wil vertellen, omdat hij of zij het nog niet heeft verwerkt, vindt hij of zij vaak geen luisterend oor. Het publiek kon in het verleden ook vaak niet veel waardering opbrengen voor de soldaten. Volgens het Volkskrant Magazine van 28 juni 2008 werden Indiëgangers destijds op de kaden ontvangen met de woorden “Moordenaars! Hoerenlopers!”. Tegen Libanongangers werd gezegd “Lekker in de zon gelegen?”. Dutchbatters verdwenen maar met stille trom. Hoe kun je dan je gevoelens verwerken? Niemand wil het horen, iedereen spuugt je uit, je trekt je terug in jezelf. Des te belangrijker is het daarom dat soldaten elkaar kunnen terugvinden! Een mooi initiatief werd beschreven in het eerder genoemde Volkskrant Magazine, het initiatief tot de oprichting van het inloophuis De Treffer in Eindhoven. Een plaats waar veteranen hun maten kunnen ontmoeten, verhalen kunnen delen, trauma’s onder elkaar kunnen verwerken, in een besloten omgeving gevoelens kunnen delen. Een initiatief dat brede waardering, en ondersteuning verdient! Gelukkig lijkt er ook een kentering te komen in de publieke waardering voor de soldaten. Sinds 2005 wordt de nationale veteranendag gehouden. Nederland lijkt eindelijk haar soldaten, die zijn uitgezonden om te dienen voor vrede en veiligheid – waarvan sommigen niet levend zijn teruggekeerd, anderen zwaar gewond zijn terugkomen, weer anderen onzichtbare schade van binnen hebben opgelopen – eindelijk de waardering geven die ze verdienen! En van mij mag dit nog wel wat groter worden, maak er maar een mooie parade van, met alle soldaten in gala uniform, met berenmutsen, in vol ornaat. Reken soldaten niet af op een oorlog die werd uitgevochten, daar is de politiek verantwoordelijk voor. Soldaten verdienen waardering, ze verdienen de waardering voor het zware werk dat ze gedaan hebben! *geciteerd uit Robert D. Kaplan, “Voorbij de grenzen van het Amerikaanse imperium”

13 september 2008

Het fileleed van Nederland

Het volk klaagt weer eens. Het kabinet doet maar niks aan de files. We staan maar stil en het kabinet lost ons probleem niet op!! Alsof het kabinet er is om ons puin te ruimen, alsof we zelf geen verantwoordelijkheid hebben.
Terwijl het kabinet best wel wat probeert te doen. Om 1 voorbeeld te noemen, de A2 wordt, als het aan het kabinet ligt volledig 2 keer4 rijstroken dan wel 4 keer 2 rijstroken. Tevens wordt een deel van de A2 overdekt aangelegd.
Tegelijk neemt de filedrukte toe, de reistijdverliezen op autosnelwegen zijn tussen 2000 en 2006 met 53 % toegenomen. Terwijl het aantal auto’s maar met 13 % is toegenomen.

Het kennisinstituut mobiliteitsbeleid schrijft hierover in haar rapport :
“De groei van de reistijdverliezen is voornamelijk het gevolg van een groei van de bevolking, het autobezit en van economische activiteiten, waardoor de omvang van het verkeer is toegenomen.”

Da’s logisch lijkt me...

Maar waarom gaan we met z’n allen in de file staan, waarom gaan we steeds meer in de auto zitten?
De oorzaak hiervan is naar mijn idee de paradox van de toename van het asfalt,

“hoe meer asfalt er ligt, hoe meer files er komen.”

Waarom?

Wel, iedereen heeft in zijn hoofd een maximum reistijd voor woon-werk verkeer. Als we meer asfalt bijleggen, wordt de file minder en kunnen er dus meer auto’s bij. Er kunnen meer kilometers worden gemaakt. Men kan dus grotere afstanden in dezelfde tijd afleggen en dus verder van zijn werk gaan afwonen. Gevolg, meer auto’s, dus uiteindelijk weer meer file’s, alleen nu op meer rijbanen met meer auto's. Hoeveel asfalt we dus ook bijleggen, de files lossen we kennelijk nooit op.

De enige oplossing die naar mijn idee wel werkt, is het aantal auto’s op de weg verminderen. Zoals het kennisinstituut mobiliteit aangaf zijn er 3 aspecten van belang om het aantal auto’s op de weg te verminderen:
  • Groei van de bevolking; hoe groter de bevolking, hoe meer huishoudens, hoe meer auto’s
  • Groei van het autobezit; de grote van een huishouden krimpt, bij gelijk blijvende bevolkingsomvang neemt het aantal huishoudens dus toe. Als dan ook nog het aantal auto's per huishouden groeit...
  • Groei van het aantal autokilometers; we maken meer kilometers met dezelfde auto

Vanwege de vergrijzing is het niet wenselijk om het eerste punt te gaan beïnvloeden. Als de overheid hier al invloed op zou kunnen/mogen uitoefenen.

Daarom is het van belang om ervoor te zorgen dat het autobezit en het aantal autokilometers gaat afnemen. Dit kan mijns inzien worden gestimuleerd door de volgende 3-traps raket uit te voeren
  • de overheid moet de planologische beslissingen weer centraliseren
  • het wegverkeer moet worden beprijsd
  • het openbaar vervoer moet enorm worden uitgebreid en verbeterd

Opgemerkt wordt dat het alleen werkt als alle drie de aspecten worden uitgevoerd; als 1 aspect niet wordt uitgevoerd zal het niet werken.

De overheid moet de planologische beslissingen weer centraliseren.

De belangrijkste oorzaak van alle files is het woon-werk verkeer. Hierbij geldt de bovengenoemde paradox van de toename van het asfalt. Elke nieuwe snelweg die wordt aangelegd is dus oorzaak van nieuwe files en een veroorzaker van een toename van het aantal autokilometers.
De overheid moet dus geen nieuwe snelwegen meer aanleggen, maar zich er juist op toeleggen om ervoor te zorgen dat wonen en werken weer dicht bij elkaar komen te liggen. Woonwijken en werkwijken moeten juist worden gecombineerd, zodat mensen de mogelijkheid hebben om dicht bij hun werk te wonen. Dit kan alleen maar worden gerealiseerd als de overheid dit in allerlei planologische beslissingen vastlegt. Bijkomend voordeel hiervan is dat er sociale controle op kantoorgebouwen in weekenden is. Tevens zijn uitgestorven woonwijken overdag dan ook een uitgestorven fenomeen.

Waarom moet dit worden gecentraliseerd? Omdat gemeenten concurreren om de beste bedrijven, om de mooiste A-locaties, of om de meeste bewoners. Hierbij wordt niet gekeken naar wat de buurgemeente doet, het grote geheel is ook niet hun doel. Voor het uitzetten van de grote lijnen is nu juist de overheid nodig. Het uitzetten van grote lijnen heeft Den Haag de laatste jaren bewust gedecentraliseerd, met alle verrommeling tot gevolg. Naar mijn idee moet Den Haag samen met de Provincie veel sterker de grote lijnen uitzetten, kaders scheppen waarbinnen gemeenten en de vrije markt projecten kunnen ontwikkelen.

Het wegverkeer moet worden beprijst

Wil de overheid de mensen uit de auto krijgen dan moet het gebruik van de auto duurder worden gemaakt. Hierbij moet direct worden aangetekend, dat dit alleen kan als mensen een alternatief voor de auto hebben.
In New York is al duidelijk aan het worden wat het gevolg is van het duurder worden van de benzine (duurder autogebruik), het aantal mensen dat gebruik maakt van de fiets is enorm hard aan het stijgen.
Met de kilometerheffing geeft de overheid te kennen inderdaad het autoverkeer te willen gaan beprijzen, tegelijk worden er ook alternatieven opgezet, waarbij het woon-werkverkeer niet wordt verminderd, maar wordt uitgespreid over de hele dag, zie bijvoorbeeld projecten als Spitsmijden en de oproep aan werkgevers om personeel flexibele werktijden te geven.

Aan de andere kant moet gezegd worden, de hogere olieprijs is een zegen, want zonder dat de overheid enige maatregel neemt, zal het autogebruik gaan afnemen. Zonder maatregelen van de overheid betekend dit echter wel dat de bevolking dan minder mobiel wordt, daarom is het laatste punt, verbetering van het openbaar vervoer, ook zo enorm van belang!

Het openbaar vervoer moet worden uitgebreid en verbeterd

Tenslotte moet het openbaar vervoer worden verbeterd. Hierbij zijn een aantal punten van wezenlijk belang:
  • het spoorwegennet moet (in ieder geval in de Randstad) geheel vierspoors worden. 2 sporen kunnen dat worden gebruikt voor hoogfrequente lightrail, 2 sporen kunnen worden gebruikt voor intercity’s. Hiermee wordt aan de ene kant de mogelijkheid geboden om snel tussen en binnen steden te reizen. Aan de andere kant wordt hiermee de reiziger een minimale wachttijd gegeven op stations. En een lange wachttijd op het station is nu juist voor veel mensen de reden is om niet van het openbaar vervoer gebruik te maken.
  • De spanning op de bovenleiding moet worden verhoogd naar 25 kV i.p.v. de huidige 2,5 kV. Het voor vertrekkende treinen beschikbare elektrisch vermogen op de grotere stations neemt daardoor enorm toe. Knelpunten worden hiermee verholpen. Als voorbeeld noem ik de volgende situatie: op Station Utrecht Centraal is de beperking op het aantal vertrekkende treinen het geleverde vermogen van de bovenleiding. Bij de huidige 2,5 kV zou de stroom eruit klappen als er teveel treinen tegelijkertijd vertrekken.
  • Tevens moet het statische blokkensysteem op het spoor als gevolg van de vaste seinen worden vervangen door een dynamisch blokkensysteem. Hiermee wordt de capaciteit op het spoor verdubbeld! (ik zal de technische details die hieraan ten grondslag liggen achterwege laten)

Om aan te geven dat het autobezit en het aantal autokilometers echt kan afnemen, wil ik wijzen op de situatie in Japen: “In Japan bleek in februari 2008 het autobezit met 0,2 procent gedaald te zijn, daarmee is het autobezit voor het eerst sinds de WOII afgenomen, mede door de verstedelijking en het goede openbaar vervoer.”

Tenslotte 2 interessante links:

Een deltaplan voor het openbaar vervoer in 10-punten, de onderstaande reacties op dit tienpuntenplan maken duidelijk dat het nog een groot pijnpunt wordt om mensen echt uit de auto te krijgen
Een discussie tussen Maarten Spaargaren, directeur bedrijfs- en productontwikkeling van NS, en voormalig Tweede Kamerlid Mister Asfalt Pieter Hofstra, vooral de argumentatie van de heer Hofstra is interessant.

31 augustus 2008

Individualisme, decadentie, intolerantie en defensie

Ja,wat hebben deze 4 termen nu weer met elkaar te maken... Heel veel! Het Nederlandse leger kan geen mensen krijgen en krijgt bovendien meer kritiek naarmate er meer mensen in krijgsgebieden sneuvelen. En dat is te wijten aan een doorgeschoten individualisme, de decadentie van onze maatschappij en een toenemende intolerantie. Individualisme Sinds het einde van de middeleeuwen is in West-Europa het individu steeds meer op de voorgrond komen te staan. De geschiedenis vertelt ons wie hoe heette, en dat niet alleen van de grote leiders, maar ook van de gewone man. Met individualisme is op zich niks mis, het is goed dat iedereen kan kiezen voor het beroep dat die zelf wil uitoefenen, het is goed dat mensen zelf mogen kiezen met wie ze willen trouwen (al hoewel je daar nog wel een boom over kunt opzetten, sommige mensen zijn er heilig van overtuigd dat je met een goede uithuwelijking gelukkiger wordt…). Het gaat alleen mis als het individu boven het collectief wordt verheven, als het individu belangrijker wordt dan het collectief, als het individu zelfs probeert het collectief zijn wil op te leggen. We leven nog altijd in een samenleving en een samenleving kan alleen bestaan bij de gratie van het opgeven van individuele vrijheid. Decadentie, intolerantie en individualisme In de post-modernistische tijd is de ontplooiing van het individu het allerbelangrijkste geworden, en het collectief staat zelfs in dienst van de ontplooiing van het individu. Het collectief (= tegenwoordig vooral de overheid) moet alle randvoorwaarden scheppen zodat het individu zichzelf maximaal kan ontplooien. Elk individu moet zichzelf maximaal kunnen ontplooien en laat geen individu daar geen gehoor aan geven! Neem bijvoorbeeld het proefballonnetje van PvdA-er Sharon Dijksma, de niet-werkende vrouw moet haar studiekosten terugbetalen. Het is een proefballonnetje, maar alleen al het feit dat dit proefballonnetje is opgelaten, zegt dat er in de politiek dus mensen rond lopen die vinden dat de maatschappij alleen geld mag steken aan mensen die zich maximaal als individu ontplooien. Mensen die ervoor kiezen om zich aan het collectief te wijden en hiermee de samenleving een dienst te bewijzen (bijvoorbeeld door er te zijn voor de kinderen) moeten het geld dat de maatschappij in hun heeft geïnvesteerd terugbetalen… Over intolerantie gesproken... Individualisme, decadentie, intolerantie en defensie Defensie heeft zeer veel vacatures, en het aantal loopt alleen maar op. De reden? De Nederlandse jeugd kiest geen opleidingen meer waar je hard voor moet leren (techniek, een sector waar defensie zeer veel vacatures in heeft), maar gaat voor de opleidingen waar je het meeste zou kunnen gaan verdienen (management, economie, communicatie, reclame). Waarom zou je in zo'n samenleving nog soldaat worden? De gouden moraal van een soldaat is immers “Totdat je weet dat je toch zult sterven, kun je niet fatsoenlijk vechten, dat mag extreem zijn, maar dat is de gouden standaard”* Soldaat wordt je dus alleen als je ook wilt sterven. En in onze - op het decadente af - geïndividualiseerde maatschappij wil niemand dat meer. Niemand wil meer sterven voor het collectief. Het collectief eist zelfs dat geen individu meer sterft voor het collectief. Zie immers alle protesten die in West-Europa losbarsten op het moment dat er een VN-soldaat of NAVO-soldaat sterft in het veld. Daar wordt echter wel een strijd gestreden die grote gevolgen voor ons zal hebben als we em verliezen. En als dat gebeurt vrees ik het ergste voor onze samenleving. Want een geïndividualiseerde decadente maatschappij - waar niemand meer wil sterven voor het collectief - die in oorlog komt met een collectieve maatschappij / netwerk - waar velen willen strijden en sneuvelen voor de goede zaak - is gedoemd ten onder te gaan! *geciteerd uit Robert D. Kaplan, “Voorbij de grenzen van het Amerikaanse imperium”. Overigens een absolute aanrader!

11 juli 2008

CO2, een doodlopende weg (I)

De CO2 concentratie stijgt dramatisch. Tegelijkertijd stijgt de temperatuur. In alle rapporten en modellen is de toename van broeikasgassen verbonden met de opwarming van de aarde. Zo is op de website van het KNMI het volgende te lezen:
De wereldgemiddelde temperatuur is de afgelopen 100 jaar tussen de 0.56 en 0.92 graad gestegen. De stijging is niet gelijk over de wereld verdeeld: grote landmassa's en de poolgebieden zijn sneller opgewarmd, de oceanen en tropen minder snel. Klimaatmodellen waarin menselijke invloeden niet zijn meegenomen kunnen de waargenomen stijging niet verklaren. Als de invloed van broeikasgassen en stofdeeltjes wel wordt meegenomen is de overeenstemming tussen de berekende temperatuur en de waargenomen temperatuur goed. Ook de patronen van opwarming komen dan in grote trekken overeen.
Let erop, dat wordt gemeld dat grote landmassa’s (en de poolgebieden) sneller zijn opgewarmd dan de oceanen. Hier zit em nu juist de adder onder het gras.
Wat is er in de afgelopen 200 jaar gebeurt:
  • de wereldbevolking is van 1 miljard inwoners in 1800 gegroeid, naar 1,65 miljard mensen in 1900, tot 6 miljard bewoners in 2000
  • de steden zijn enorm gegroeid:
    • in 1800 woonde naar schatting 3 % van de wereldbevolking in de stad (circa 30 miljoen mensen)
    • in 2008 woonde meer dan de helft van de wereldbevolking in de stad (circa 3,3 miljard mensen)
  • sinds de eerste auto (1862) zijn er ontzettend veel wegen en snelwegen aangelegd
  • grote gebieden die begroeid waren met vegetatie, zijn bebouwd met stedelijk gebied
Een belangrijk aspect bij de opwarming wordt systematisch onderschat. Want wat hebben de laatste drie aspecten namelijk tot direct gevolg? Opwarming van het aardoppervlak! Het zonlicht wordt namelijk niet meer omgezet in zuurstof en suiker (fotosynthese), maar wordt omgezet in (stralings)warmte!

Om een voorbeeld te noemen, de temperatuur in de bodem onder een groot asfaltoppervlak, stijgt na een zonnige dag met gemak tot 40 soms wel 50 à 60 graden celsius. Daken van woningen, maar ook daken van grote fabriekshallen worden zinderend heet. Dit alles straalt af op de omgeving. In de buurt van bomen wordt het echter nooit veel warmer dan 30 graden celcius. ..

En wat gaan we tegenwoordig bij die warmte doen? KOELEN. Wat doet een koelkast (net als een airco), hij stoot meer warmte uit dan dat er koude naar binnen wordt geblazen. Kortom, we gaan nog eens meer warmte produceren om te koelen. Terwijl de natuur een veel mooier systeem heeft: Gebruik het zonlicht en laat het niet omzetten in warmte!!!!

De oorzaken van de problemen (groei van de wereldbevolking en van de steden) kunnen we niet terugdraaien. Wel kunnen we zoveel mogelijk proberen te voorkomen dat straling wordt omgezet in warmte. Hierbij valt te denken aan de maatregelen in de trant van:
  • Toepassing van vegetatiedaken en zonnepanelen, zodat of de straling wordt omgezet in zuurstof, of wordt omgezet in energie
  • het winnen van warmte in de bodem onder grote wegoppervlakken. Met warmtewisselaars kan deze warmte worden omgezet in energie. Hierbij kan zinderende hitte van wegen naar omliggende gebieden worden beperkt. Tevens wordt hiermee schade (spoorvorming) aan (snel)wegen beperkt.
  • stimuleren om meer bomen en struiken te planten, zowel zakelijke partijen (grootschalig) als particulieren (kleinschalig).
    • Hierbij kan worden gedacht aan het stimuleren van particulieren om bomen en struiken te planten in hun tuin, zodat meer zonlicht wordt omgezet in suiker en zuurstof. Dit klinkt misschien als een futiele maatregel, maar gezien de grote hoeveelheid bestrate tuinen is de bijdrage hiervan niet te verwaarlozen.
    • Tevens kan hierbij worden gedacht aan het planten van grote hoge bomen op grote parkeerplaatsen (zeker als ze van prachtig zwart asfalt zijn gemaakt)

Voor een goede uitleg van de opwarming van steden en duidelijke metingen van de opwarming van de ondergrond, zie deze website van de gemeente Berlijn