29 mei 2020

Ons voedsel (9b): De impact van certificering en regulering van zaaigoed

Begin mei 2020 publiceerde de NOS een nieuwsbericht (Bron) dat er in de EU definitief geen octrooi komt op groenten en fruit. Hiermee komt er een einde aan een heel lang getouwtrek tussen kleinere kwekers, grote zaaigoedbedrijven en milieuorganisaties (nieuwsbericht 1, bericht 2 en bericht 3). Het begon allemaal in 1999 met 2 octrooien/patenten op tomaten en brocolli (zie hier op archive.org wat er tot 2010 hierover op de website stond van de European Patent Organisation). Dit is goed nieuws, maar is echter een klein stukje in de uitgebreide puzzel van zogeheten zaaigoed souvereiniteit.

Certificering en registratie

De zaaigoedmarkt fuseert steeds verder tot een beperkt aantal zeer grote spelers. De top 10 zaaigoedbedrijven had in 2011 ongeveer 75% van de zaaigoed markt in handen (zie voor meer informatie hierover deze eerdere blog over de markt van het zaaigoed) en is sindsdien verder gefuseerd. De zakelijke belangen worden hierdoor ook steeds groter. Een markt die globaler wordt en waar steeds minder spelers zijn, vraagt om sterkere regelgeving vanuit de overheid. Zaaigoed wordt dus steeds verder gereguleerd, wat onder andere tot gevolg heeft dat zaaigoed geregistreerd dan wel gecertificeerd moet zijn. Binnen Nederland gelden de Europese regels, waarbinnen al het zaaigoed dat op de markt wordt gebracht moet zijn geregistreerd of gecertificeerd om op de markt te mogen worden gebracht.
In een markt die steeds grootschaliger en zakelijker wordt, is dit op zich geen rare regel. Steeds minder mensen bewaren/produceren hun eigen zaaigoed, ze kopen elk jaar het nieuwe zaaigoed in de winkel of bij de leverancier. Door goede regelgeving en certificering voorkom je dat een winkel allerlei raar/slecht spul verkoopt, of dat je zaaigoed voor bijvoorbeeld peulen denkt te kopen terwijl je zaaigoed van een of ander raar onkruid koopt.