Bacterien, virussen en schimmels hebben lang in het verdomhoekje gezeten, bacterien moesten dood met antibiotica, virussen maken planten en mensen ziek; en schimmels, dat rare spul op het plafond van de badkamer of op planten: weg ermee. Veel onderzoek wat in de afgelopen 20 jaar is uitgevoerd, heeft tot gevolg dat dit beeld aan het draaien is: er zijn inderdaad slechte, maar vooral ook heel veel goede bacterien, virussen en schimmels. Ze allemaal uitschakelen heeft daarmee niet
altijd de gewenste positieve gevolgen, maar kan ook zelfs rare negatieve bijeffecten hebben.
Zo werd de bodem gedurende de tweede helft van de 20e eeuw lang gezien als een inert medium waar je met kunstmest je gewassen op moest laten groeien, alle bodemleven met pesticiden doden en alles wat er naast het gewas groeide uitroeien. Maar het blijkt dat een theelepel gezonde bodem zo'n 100 miljoen tot 1 miljard bacterien kan bevatten die de planten kunnen melken om hun nutrienten te krijgen en enkele tientallen tot honderden meters schimmeldraden (het wood wide web), die heel nuttige dingen blijken te doen voor de planten die in deze bodem groeien. Er zit dus heel veel goed en nuttig leven in die bodem. En met het gebruik van pesticiden en kunstmest blijkt dit bodemleven er steeds slechter aan toe te zijn.
Maar hoe zit dat bij de mens? Leven er bij de mens ook bacterien, virussen en schimmels? En zijn deze ook goed voor ons? En worden die ook beinvloed door antibiotica en andere medicijnen?
Daar gaat deze serie blogs over: in de bodem bestaat het bodemvoedselweb, is er iets vergelijkbaars te vinden bij de mens? Deze serie over het ecosysteem in de mens bestaat uit 3 blogs:
1. Het microbioom: we leven in symbiose met bacterien.
2. Het viroom: we leven in symbiose met virussen.
3. Het mycobioom: leven we ook in symbiose met schimmels?
In deze derde blog gaat het over de schimmels die in en om ons lichaam leven.
Het leven is een continue ontdekkingsreis, waarbij je van alles tegenkomt. Mijn eigen reis is ooit begonnen met mijn studie watermanagement. In de loop van mijn carriere heb ik hier kennis en expertise op het vlak van bodem en vegetatie aan toegevoegd. Sinds 2015 ben ik een nieuwe zoektocht begonnen. Ik ben me gaan verdiepen in het voor mensen meest belangrijke ding dat groeit met behulp van water, bodem en vegetatie: ons eten. Hierbij kijk ik naar de hele keten: van de grond tot de mond.
11 februari 2021
29 januari 2021
Vrijheid (4): hoe kolonialisme en suprematiedenken de vrijheid van velen beperkt
Vrijheid wordt door velen (zij die de vrijheid hebben) gezien als een groot goed wordt gezien. Maar lang niet iedereen is vrij, onze vrijheid staat onder druk, met allerlei bijkomende emoties zie bijvoorbeeld deze column van Arjen van Veelen in de NRC.
Maar wat wordt bedoeld met vrijheid? Hoe definieer je vrijheid? Dat blijkt in allerlei discussies over vrijheid (en democratie) best lastig te zijn.
Het vrijheid-framework: de 8 opeenvolgende vrijheden
Kishore Mahbubani heeft in zijn boek de eeuw van Azie een zeer inzichtelijke framework van de 8 opeenvolgende vrijheden gegeven wat ik in een eerdere blog heb uitgelegd (zie ook onderstaande tabel). Bij dit framework geldt: als een vrijheid wegvalt, vervallen ook de opvolgende vrijheden. Een voorbeeld: als er een grote kans is dat je zonder reden op straat kan worden doodgeschoten (vrijheid no. 2), is het erg lastig om je druk te maken over of je mag denken of zeggen wat je wilt, laat staan of je mag kiezen wie je leider is die over je regeert.
In onze tijd staan alle 8 de vrijheden wereldwijd op een of allerlei manieren onder druk, met als uiteindelijke kind van de rekening onze democratie, de laatste en achtste vrijheid.
Labels:
Belasting,
Democratie,
Kapitalisme,
Kishore Mahbubani,
Kolonialisme,
Suprematie,
Vrijheid
11 december 2020
Klimaatverandering (4): De zuurstof concentratie is aan het dalen
Sinds de industriele revolutie worden steeds meer fossiele brandstoffen gebruikt en verbrand. De CO2 concentratie is daardoor gestegen van 290 ppm (parts per million) rond 1900 tot boven de 410 ppm in 2020, wat overeen komt met 0,04 % CO2 in de lucht (zie ook deze blog). De productie van CO2 resulteert in het gebruiken van O2. De vraag is wat de invloed van deze CO2 stijging is op de concentratie van de O2. Daar gaat deze blog over.
![]() |
Bron: http://dougrobbins.blogspot.nl/2012/03/long-term-trends-in-atmospheric-co2.html |
Labels:
Aarde,
CO2,
Gassen,
Gezondheid,
Industriele revolutie,
Klimaat,
Leefomgeving,
O2
20 november 2020
De mens is een ecosysteem (2): we leven in symbiose met virussen
Bacterien, virussen en schimmels hebben lang in het verdomhoekje gezeten, bacterien moesten dood met antibiotica, virussen maken planten en mensen ziek; en schimmels, dat rare spul op het plafond van de badkamer of op planten: weg ermee. Veel onderzoek wat in de afgelopen 20 jaar is uitgevoerd, heeft tot gevolg dat dit beeld aan het draaien is: er zijn inderdaad slechte, maar vooral ook heel veel goede bacterien, virussen en schimmels. Ze allemaal uitschakelen heeft daarmee niet altijd de gewenste positieve gevolgen, maar kan ook zelfs rare negatieve bijeffecten hebben.
Zo werd de bodem gedurende de tweede helft van de 20e eeuw lang gezien als een inert medium waar je met kunstmest je gewassen op moest laten groeien, alle bodemleven met pesticiden doden en alles wat er naast het gewas groeide uitroeien. Maar het blijkt dat een theelepel gezonde bodem zo'n 100 miljoen tot 1 miljard bacterien kan bevatten die de planten kunnen melken om hun nutrienten te krijgen en enkele tientallen tot honderden meters schimmeldraden (het wood wide web), die heel nuttige dingen blijken te doen voor de planten die in deze bodem groeien. Er zit dus heel veel goed en nuttig leven in die bodem. En met het gebruik van pesticiden en kunstmest blijkt dit bodemleven er steeds slechter aan toe te zijn.
Maar hoe zit dat bij de mens? Leven er bij de mens ook bacterien, virussen en schimmels? En zijn deze ook goed voor ons? En worden die ook beinvloed door antibiotica en andere medicijnen?
Daar gaat deze serie blogs over: in de bodem bestaat het bodemvoedselweb, is er iets vergelijkbaars te vinden bij de mens? Deze serie over het ecosysteem in de mens bestaat uit 3 blogs:
1. Het microbioom: we leven in symbiose met bacterien.
2. Het viroom: we leven in symbiose met virussen.
3. Het mycobioom: leven we ook in symbiose met schimmels?
In deze blog gaat het over de virussen die in en om ons lichaam leven.
Zo werd de bodem gedurende de tweede helft van de 20e eeuw lang gezien als een inert medium waar je met kunstmest je gewassen op moest laten groeien, alle bodemleven met pesticiden doden en alles wat er naast het gewas groeide uitroeien. Maar het blijkt dat een theelepel gezonde bodem zo'n 100 miljoen tot 1 miljard bacterien kan bevatten die de planten kunnen melken om hun nutrienten te krijgen en enkele tientallen tot honderden meters schimmeldraden (het wood wide web), die heel nuttige dingen blijken te doen voor de planten die in deze bodem groeien. Er zit dus heel veel goed en nuttig leven in die bodem. En met het gebruik van pesticiden en kunstmest blijkt dit bodemleven er steeds slechter aan toe te zijn.
Maar hoe zit dat bij de mens? Leven er bij de mens ook bacterien, virussen en schimmels? En zijn deze ook goed voor ons? En worden die ook beinvloed door antibiotica en andere medicijnen?
Daar gaat deze serie blogs over: in de bodem bestaat het bodemvoedselweb, is er iets vergelijkbaars te vinden bij de mens? Deze serie over het ecosysteem in de mens bestaat uit 3 blogs:
1. Het microbioom: we leven in symbiose met bacterien.
2. Het viroom: we leven in symbiose met virussen.
3. Het mycobioom: leven we ook in symbiose met schimmels?
In deze blog gaat het over de virussen die in en om ons lichaam leven.
Labels:
Bloed,
Bodemvoedselweb,
Cellen,
Darmen,
Ecosysteem,
Huid,
Mond,
Virus
29 oktober 2020
De mens is een ecosysteem (1): we leven in symbiose met bacterien
Bacterien, virussen en schimmels hebben lang in het verdomhoekje gezeten, bacterien moesten dood met antibiotica, virussen maken planten en mensen ziek; en schimmels, dat rare spul op het plafond van de badkamer of op planten: weg ermee. Veel onderzoek wat in de afgelopen 20 jaar is uitgevoerd, heeft tot gevolg dat dit beeld aan het draaien is: er zijn inderdaad slechte, maar vooral ook heel veel goede bacterien, virussen en schimmels. Ze allemaal uitschakelen heeft daarmee niet altijd de gewenste positieve gevolgen, maar kan ook zelfs rare negatieve bijeffecten hebben.
Zo werd de bodem gedurende de tweede helft van de 20e eeuw lang gezien als een inert medium waar je met kunstmest je gewassen op moest laten groeien, alle bodemleven met pesticiden doden en alles wat er naast het gewas groeide uitroeien. Maar het blijkt dat een theelepel gezonde bodem zo'n 100 miljoen tot 1 miljard bacterien kan bevatten die de planten kunnen melken om hun nutrienten te krijgen en enkele tientallen tot honderden meters schimmeldraden (het wood wide web), die heel nuttige dingen blijken te doen voor de planten die in deze bodem groeien. Er zit dus heel veel goed en nuttig leven in die bodem. En met het gebruik van pesticiden en kunstmest blijkt dit bodemleven er steeds slechter aan toe te zijn.
Maar hoe zit dat bij de mens? Leven er bij de mens ook bacterien, virussen en schimmels? En zijn deze ook goed voor ons? En worden die ook beinvloed door antibiotica en andere medicijnen?
Daar gaat deze serie blogs over: in de bodem bestaat het bodemvoedselweb, is er iets vergelijkbaars te vinden bij de mens? Deze serie over het ecosysteem in de mens bestaat uit 3 blogs:
1. Het microbioom: we leven in symbiose met bacterien.
2. Het viroom: we leven in symbiose met virussen.
3. Het mycobioom: leven we ook in symbiose met schimmels?
In deze blog gaat het over de symbiose met bacterien, het andere wat groeit en bloeit in en om de mens daar gaan volgende blogs over.
Zo werd de bodem gedurende de tweede helft van de 20e eeuw lang gezien als een inert medium waar je met kunstmest je gewassen op moest laten groeien, alle bodemleven met pesticiden doden en alles wat er naast het gewas groeide uitroeien. Maar het blijkt dat een theelepel gezonde bodem zo'n 100 miljoen tot 1 miljard bacterien kan bevatten die de planten kunnen melken om hun nutrienten te krijgen en enkele tientallen tot honderden meters schimmeldraden (het wood wide web), die heel nuttige dingen blijken te doen voor de planten die in deze bodem groeien. Er zit dus heel veel goed en nuttig leven in die bodem. En met het gebruik van pesticiden en kunstmest blijkt dit bodemleven er steeds slechter aan toe te zijn.
Maar hoe zit dat bij de mens? Leven er bij de mens ook bacterien, virussen en schimmels? En zijn deze ook goed voor ons? En worden die ook beinvloed door antibiotica en andere medicijnen?
Daar gaat deze serie blogs over: in de bodem bestaat het bodemvoedselweb, is er iets vergelijkbaars te vinden bij de mens? Deze serie over het ecosysteem in de mens bestaat uit 3 blogs:
1. Het microbioom: we leven in symbiose met bacterien.
2. Het viroom: we leven in symbiose met virussen.
3. Het mycobioom: leven we ook in symbiose met schimmels?
In deze blog gaat het over de symbiose met bacterien, het andere wat groeit en bloeit in en om de mens daar gaan volgende blogs over.
Labels:
Bacterie,
Bodemvoedselweb,
Cellen,
Darmen,
Ecosysteem,
Huid,
Mond
11 september 2020
Ons voedsel (12c): Hoe is ons eten veranderd? Een vergelijking tussen 1971 en 2010
In alle discussies over eten en landbouw laait steeds weer de vraag op, in hoeverre de samenstelling van ons eten is veranderd. In het buitenland zijn verschillende studies verschenen over de verandering van ons eten, in Nederland echter nog maar zeer beperkt.
Wel wordt in ons land al sinds 1941 de samenstelling van ons eten gepubliceerd door de stichting NEVO. In deze tabellen die met enige regelmaat (niet jaarlijks) worden gepubliceerd, staat een overzicht van hoe ons eten is samengesteld (vetten, calorien, mineralen, vitamines etc). Sinds een aantal jaren is deze stichting onderdeel geworden van het RIVM. De huidige NEVO databases zijn tegenwoordig online te raadplegen. Vergelijking van data tussen de verschillende jaren om de verandering van de samenstelling van ons eten te bepalen behoort hiermee tot de mogelijkheden. Hier wordt naar gehint in een onderzoek van de WUR uit 2007; in dit rapport staat het volgende op bladzijde 16:
"Gegevens van gehalten aan nutriënten in groenten en fruit in Nederland zijn te vinden in de Voedingsmiddelentabellen, welke regelmatig gepubliceerd zijn vanaf 1941. Een ruwe analyse van de Voedingsmiddelentabel van 1955 (Den Hartog, 1955) en die meest recente versie (Voedingscentrum, 2006) laat zien dat voor de vergelijkbare gegevens, K en Fe, er meestal dezelfde getallen gehalten gegeven worden in 2006 als in 1955. Volgens mevrouw Westenbrink van de NEVO zijn de onderliggende gegevens waarop de voedingsmiddelentabellen zijn gebaseerd vanaf ongeveer 1975 digitaal beschikbaar. Dit maakt in principe een vergelijking mogelijk tussen “oude” en nieuwere data. Daarbij tekent ze wel aan dat het aantal gegevens per product vaak beperkt is (bijvoorbeeld één studie in 15 jaar aan een groente). Het achterhalen van de achterliggende informatie (bemonstering, monsterbehandeling, analysemethode) is in principe mogelijk maar dat zou veel werk vergen."
In 2017 is een rapport van het Louis Bolk instituut verschenen, waarin zij in hoofdstuk 3 een overzicht wordt gegeven van wat er in de literatuur bekend is op het vlak van de verandering van ons eten, hierbij worden veel bronnen uit het buitenland opgevoerd. Er wordt hierbij ook een overzicht gegeven van de verandering van 38 groenten tussen 1980 en 2014. Dit is echter een geaccumuleerd overzicht, (welke groenten zijn meegenomen wordt niet aangegeven); de veranderingen per gewas worden niet weergegeven.
Om meer gevoel te krijgen bij de veranderingen van de groenten en van andere producten (fruit, aardappels, noten en peulvruchten) ben ik in de verschillende NEVO tabellen gedoken,
Labels:
Gewassen,
Groene revolutie,
Grootschalige landbouw,
IJzer,
Kunstmest,
Opbrengst,
Planten,
Productie,
Vetten,
Vitamine,
Voedingswaarde,
Voedsel,
Zaaigoed
21 augustus 2020
Verbeterde voedselproductie (17a): De juiste stoffen op het juiste moment in de juiste concentratie
De juiste stoffen in de juiste concentratie op het juiste moment toegediend krijgen is voor planten van groot belang, te veel krijgen kan mogelijk giftig zijn en verstoord het evenwicht tussen de verschillende stoffen, te lage concentraties van een stof kunnen zorgen voor tekorten en verstoort ook het evenwicht in de bodem en in de plant. In dit complexe geheel ga ik in deze blog dieper op in.
(Sporen)elementen
Planten hebben heel veel stoffen nodig, in verschillende concentraties en op verschillende momenten. Middels kunstmest worden de belangrijkste macro nutrienten toegediend (N, P, K). De meso nutrienten (Mg, Ca en S) worden ook steeds vaker toegediend. Maar ook worden op de micro nutrienten of sporenelementen steeds vaker toegediend. Sporenelementen zijn de elementen die een plant in zeer beperkte mate nodig heeft en die mogelijk in een hogere concentratie giftig kunnen zijn. Hierbij gaat het om bijvoorbeeld borium, ijzer, koper, mangaan, molybdeen, selenium, silicium en zink. Deze zijn van nut voor de plant, maar middels de planten die gegeten worden, ook voor de mens.
De rol die deze verschillende stoffen spelen bij planten en mensen heb ik in onderstaande tabel proberen weer te geven. Hierbij zijn ongetwijfeld zaken vergeten; de tabel laat dan ook vooral zien dat al deze stoffen (allemaal in verschillende concentraties) van belang zijn.
Labels:
Bodem,
Grootschalige landbouw,
Kunstmest,
Spoorelement,
Voedsel
24 juni 2020
Verbeterde Voedselproductie (6b): Stikstof binding II - bacterien doen het werk
Het proces van biologische stikstofbinding is van groot belang voor plantengroei op land en in het water, omdat stikstof een noodzakelijke grondstof is voor het bouwen van bijvoorbeeld eiwitten. Stikstof wordt in de natuur gebonden door bacterien. Het meest bekende proces van stikstofbinding is de binding door rhizobia bacterien die in symbiose leven met vlinderbloemigen (zie hiervoor blog 6a over stikstofbinding). Anton Nigten heeft in een interessant artikel op FoodLog zijn hypothese uitgelegd dat stikstofbinding door veel meer planten kan worden uitgevoerd, maar dat deze stikstofbinding vooral door de wijze van landbouw bedrijven bijna niet meer kan plaatsvinden. Ter ondersteuning hiervan een citaat uit het boek "De geheimen van een vruchtbare bodem" van Erhard Hennig (eerste druk in het Duits uit 1994). Op bladzijde 138 van de Nederlandse uitgave van dit boek staat het volgende:
"Rond de eeuwwisseling (rond 1900 dus) vroegen Russische bodemkundigen zich af, waarom de humusrijke bodems in de Oekraine meer dan tachtig jaar lang zulke goede graanoogsten zonder oogstverliezen leverden. Kunstmeststoffen kende men toentertijd nauwelijks. Onderzoek wees uit dat in een gram grond meer dan tachtig miljoen bacterien zaten. Tachtig procent daarvan bestond uit Azotobacter, dus luchtstikstof bindende vrijlevende bacterien. Zulke verhoudingen bestaan thans noch daar noch hier in humusrijke gronden."
29 mei 2020
Ons voedsel (9b): De impact van certificering en regulering van zaaigoed
Begin mei 2020 publiceerde de NOS een nieuwsbericht (Bron) dat er in de EU definitief geen octrooi komt op groenten en fruit. Hiermee komt er een einde aan een heel lang getouwtrek tussen kleinere kwekers, grote zaaigoedbedrijven en milieuorganisaties (nieuwsbericht 1, bericht 2 en bericht 3). Het begon allemaal in 1999 met 2 octrooien/patenten op tomaten en brocolli (zie hier op archive.org wat er tot 2010 hierover op de website stond van de European Patent Organisation). Dit is goed nieuws, maar is echter een klein stukje in de uitgebreide puzzel van zogeheten zaaigoed souvereiniteit.
In een markt die steeds grootschaliger en zakelijker wordt, is dit op zich geen rare regel. Steeds minder mensen bewaren/produceren hun eigen zaaigoed, ze kopen elk jaar het nieuwe zaaigoed in de winkel of bij de leverancier. Door goede regelgeving en certificering voorkom je dat een winkel allerlei raar/slecht spul verkoopt, of dat je zaaigoed voor bijvoorbeeld peulen denkt te kopen terwijl je zaaigoed van een of ander raar onkruid koopt.
Certificering en registratie
De zaaigoedmarkt fuseert steeds verder tot een beperkt aantal zeer grote spelers. De top 10 zaaigoedbedrijven had in 2011 ongeveer 75% van de zaaigoed markt in handen (zie voor meer informatie hierover deze eerdere blog over de markt van het zaaigoed) en is sindsdien verder gefuseerd. De zakelijke belangen worden hierdoor ook steeds groter. Een markt die globaler wordt en waar steeds minder spelers zijn, vraagt om sterkere regelgeving vanuit de overheid. Zaaigoed wordt dus steeds verder gereguleerd, wat onder andere tot gevolg heeft dat zaaigoed geregistreerd dan wel gecertificeerd moet zijn. Binnen Nederland gelden de Europese regels, waarbinnen al het zaaigoed dat op de markt wordt gebracht moet zijn geregistreerd of gecertificeerd om op de markt te mogen worden gebracht.In een markt die steeds grootschaliger en zakelijker wordt, is dit op zich geen rare regel. Steeds minder mensen bewaren/produceren hun eigen zaaigoed, ze kopen elk jaar het nieuwe zaaigoed in de winkel of bij de leverancier. Door goede regelgeving en certificering voorkom je dat een winkel allerlei raar/slecht spul verkoopt, of dat je zaaigoed voor bijvoorbeeld peulen denkt te kopen terwijl je zaaigoed van een of ander raar onkruid koopt.
19 april 2020
Ons voedsel (24a): droogte en voorjaarsdroogte
Na een redelijk natte winter 2019/2020 is de maand april van 2020 vrij droog. Dit maakt dat het onderwerp droogte al weer snel om de hoek komt kijken en de vergelijking met 1976 en 2018 al weer wordt getrokken, zoals deze links op de NOS website laten zien: link1, link2 en link3. Tegelijkertijd betekent een droogte in het voorjaar nog geen droge zomer of een jaar wat als droog jaar de geschiedenisboeken in gaat. Om wat meer inzicht te geven in droogte en voorjaarsdroogte is de beschikbare data van het KNMI gebruikt, die hier te vinden is. Hierbij is eerst gekeken naar het jaarlijks optredende neerslagtekort (maat voor droogte) om vervolgens in te zoomen op de voorjaarsdroogte.
De eerste versie is op 19 april 2020 geschreven, op 2 mei 2020 is de data bijgewerkt tot 1 mei.
De eerste versie is op 19 april 2020 geschreven, op 2 mei 2020 is de data bijgewerkt tot 1 mei.
Uitgevoerde analyse
Om meer inzicht te krijgen in hoe de ergste droogtes qua cumulatief neerslagtekort zich hebben gedragen zijn de volgende stappen doorlopen:- Voor elke dag is het neerslagtekort dan wel het neerslagoverschot bepaald, dit is de neerslag min de verdamping. Een positief getal is een neerslagoverschot, een negatief getal is een neerslagtekort.
- Voor elk hydrologisch jaar (begint bij 1 april) is het cumulatieve neerslagtekort uitgerekend (in de zomer is er een tekort, vanwege de verdamping, wat normaal gesproken in de winter wordt aangevuld, waarna je op 1 april weer met een schone lei kunt beginnen)
- Vervolgens is voor elke dag het maximum neerslagtekort bepaald en bepaald in welk jaar dit maximum cumulatief neerslagtekort optrad
- Voor deze jaren is vervolgens bepaald op hoeveel dagen het maximum cumulatief neerslagtekort in dat jaar optrad (zie onderstaande tabel)
- In de grafieken van de meteostations zijn alleen deze jaren weergegeven die op dagbasis minimaal 1 dag het maximum cumulatief neerslagtekort gaven
Abonneren op:
Posts (Atom)