02 april 2021

Klimaatverandering (5a): De verandering van de methaan concentratie

Ons klimaat verandert, mede door de toename van broeikasgassen in de atmosfeer. De focus ligt hierbij naast CO2 op CH4/methaan en H2S/waterstofsulfide. De concentraties van deze broeikasgassen stijgen. In een eerdere blog is gekeken naar de stijging van de CO2 concentraties. In deze blog wordt gekeken naar methaan, hoe de stijging van de methaan heeft plaatsgevonden.


Achtergrond methaanvorming

Hoe langer water niet in contact kan zijn met de lucht (of door gebrek aan stroming onder water, of juist doordat het water op zeer grote diepte stroomt, of door langdurige stroming door de ondergrond), hoe minder zuurstof (O2) beschikbaar is. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn in oceanen, maar ook in grondwater, bij tropische stuwmeren, moerassen, toendras, vuilnisbelten en  rijstvelden.
Om toch zuurstof te krijgen (voor de meeste bacterien noodzakelijk om in leven te blijven), maken de bacterien gebruik van zuurstofhoudende (geoxideerde) stoffen. Alles wat geoxideerd is wordt gereduceerd, zodat de zuurstof die daarmee vrij wordt gemaakt, kan worden gebruikt door de bacterien.
Hierbij blijkt een bepaalde volgorde te worden aangehouden: als het opgeloste zuurstofgas op is, wordt opgelost nitraat gebruikt, dan mangaanoxide, ijzeroxide, sulfaat en tenslotte koolstofdioxide (zie onderstaande schema).
Al deze stoffen worden omgezet naar een stof waar geen zuurstof meer in zit. Zo kan diep anoxisch water bijvoorbeeld stinken naar rotte eieren, dat komt omdat sulfaat (SO42-) is omgezet naar H2S. Wordt het water nog verder gereduceerd, dan wordt CO2 uit het water omgezet in CH4, methaan.

Redox zones
Bron: https://envmicro.ethz.ch/news-and-events/_jcr_content/par/textimage_0/image.imageformat.lightbox.1724619685.jpg en https://www.researchgate.net/profile/Andrew_Roberts16/publication/283819494/figure/fig1/AS:639140391563270@1529394352444/Cartoon-representation-of-the-depth-distribution-of-sedimentary-redox-driven-diagenetic_W640.jpg

Het gas methaan zal, zodra het kan, opstijgen uit de bodem of het water en in de lucht terecht komen.

Beschikbare meetmethoden voor bepaling methaanconcentratie

De methaanconcentratie in de lucht fluctueert en heeft dat altijd gedaan. Voor het bepalen van de methaanconcentraties in de atmosfeer die in het verleden zijn opgetreden, wordt net als bij de andere broeikasgassen gebruikt van ijskernen.
Voor de huidige methaan concentraties wordt gebruik gemaakt van puntmetingen op de grond, en ook steeds meer vlakmetingen middels satellieten
Het voordeel van puntmetingen is dat dit harde metingen zijn die goed in tijdreeksen kunnen worden weergegeven; dit is nuttig voor de algemene trend en voor seizoenale en meerjarige patronen die overal optreden. Hoewel het puntmetingen netwerk echter een heleboel gegevens oplevert, heeft het ook sterke beperkingen: in cruciale gebieden kun je onmogelijk genoeg meetpunten hebben om de methaanproblematiek voldoende in beeld te krijgen (bijvoorbeeld de methaan uitstoot uit de toendra's, of in schaliegas/-oliegebieden of lekkages uit leidingen).
Dit is juist waar de kracht van satellietmetingen ligt: regionale patronen kunnen inzichtelijk worden gemaakt. En doordat de satellieten regelmatig opnieuw een beeld maken, kunnen zowel lokale als regionale patronen door de tijd worden verkregen. Voor de verwerking van de satellietgegevens zijn echter wel puntmetingen nodig (ter validatie van de verkregen resultaten van de satellietgegevens).

Historisch verloop

Uit de ijskernen die genomen zijn op Antarctica kan voor elke laag (die correspondeert met een bepaalde periode) de methaan concentratie worden bepaald. Omdat verspreiding over de aarde ca 1,1 a 1,2 jaar duurt, zijn de ijskernen met data per 10 tot 1000 jaar representatief voor de methaan concentratie in die periode. 
De data laat zien dat voor de industriele revolutie de methaan concentratie in de afgelopen miljoen jaar (homo sapiens bestaat ca 100.000 jaar) tussen de 400 en de 800 ppb schommelde. Sinds de industriele revolutie is deze gaan stijgen, maar vooral vanaf begin van de 20e eeuw is de stijging in een stroomversnelling gekomen waarbij deze vanaf ca 900 ppb in 1900 is gestegen tot een methaan concentratie tussen de 1800 en 2000 ppb op dit moment.

Bron: https://www.epa.gov/sites/production/files/styles/large/public/2016-07/ghg-concentrations-figure2-2016.png

Puntmetingen op de grond

Het meten van de methaan concentratie op de grond wordt otop zeer veel plaatsten uitgevoerd. In de NOAA-database en in de WDCGG-database zijn methaan-metingen (van gedeeltelijk verschillende locaties) vanaf 1983 van over de hele wereld verzameld. Niet alle metingen zijn in deze databases opgenomen, een paar voorbeelden:
1. er zijn in Nederland minimaal 4 meetpunten (geweest) (bron RIVM rapport): Delft, Arnhem, Cabauw en Kollum. Alleen Kollum (KMW) is in de WDCGG-database opgenomen, in de NOAA database zijn geen Nederlandse metingen opgenomen.
2. Verder is, van de meetpunten die in Rusland worden uitgevoerd binnen verschillende projecten, alleen Tiksi opgenomen (zie onderstaande figuur).
Kortom, er is veel meer data, waar deze terug te vinden is, is echter een te lange zoektocht.

Bron: https://www.researchgate.net/publication/336891905_Accurate_measurements_of_atmospheric_carbon_dioxide _and_methane_mole_fractions_at_the_Siberian_coastal_site_Ambarchik

Omdat de puntmetingen een goed beeld kunnen geven over de trends die her en der optreden, zijn met de gegevens van de beide databases een aantal analyses uitgevoerd om te zien wat er vanaf 1983 is gebeurt. De geografische spreiding geeft inzicht in hoe representatief het netwerk is. Onderstaande figuur laat zien op hoeveel locaties voor elke maand een meting beschikbaar is. Te zien is dat van de 100 meetlocaties ongeveer 20 a 30 op het zuidelijk halfrond staan, terwijl de overige locaties op het noordelijk halfrond staan (waar ook de meeste bronnen van methaan richting de atmosfeer zijn te vinden).

Bron: https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete en https://gaw.kishou.go.jp/search

Meetgegevens in deze databases zijn te krijgen of op maandbasis of als de metingen zelf (op dag, of weekfrequentie). Op basis van de maandelijkse gegevens is gekeken waar een minimum methaan maandconcentratie is gemeten en waar een maximum methaan maandconcentratie is gemeten. In onderstaande figuur zijn alle meetlocaties weergegeven (rondjes) en is aangegeven waar ooit een minimum waarde is gemeten (driehoekjes) en waar ooit een maximum waarde is gemeten (vierkantjes). Te zien is dat alle minimum locaties zich (op 2 na) bevinden ten zuiden van de evenaar, en de maximum locaties allemaal ten noorden van de evenaar. De spreiding van de beschikbare meetlocaties is evenwel matig: veel metingen zijn vooral beschikbaar van Europa, kustgebieden in Zuidelijk Azie en een aantal locaties in de VS en Canada en in de oceanen (voor het meten van de achtergrond concentratie).

Bron: https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete en https://gaw.kishou.go.jp/search

Omdat alle maxima zich ten noorden van de evenaar bevinden is vervolgens gekeken naar het beeld als alles met een noordpoolcentrale projectie wordt weergegeven, waarbij ook de olie en gasvelden zijn weergegeven (meer hierover in blog 5b). Hierbij zijn vier figuren gemaakt, voor elke decade een.

Periode 1983 - 1989

In deze periode is het meetnet van methaanmetingen nog sterk in opbouw tot ruim 40 meetpunten in 1990. De maximale waarden die in deze periode worden gemeten bevinden zich voornamelijk in het gebied rond de Noordpool. Terwijl op het zuidelijk halfrond een stijging wordt gemeten van ca 1550 in 1983 naar 1650 in 1990, worden rond de noordpool waarden gemeten van ca 1700 ppb in 1983 tot ca 1800 ppb in 1990.
Terwijl de bronnen van methaan zich vooral op het noordelijk halfrond bevinden en hier een stijging optreedt, werkt deze stijging vrij snel door in een stijging op het zuidelijk halfrond: dit laat zien dat methaan zich vrij snel door de atmosfeer verspreid.

Bron: https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete en https://gaw.kishou.go.jp/search

Periode 1990 - 1999

In deze periode steeg de methaan concentratie in het zuidelijk halfrond van 1650 ppb in 1990 naar 1725 ppb in 1999, terwijl op het noordelijk halfrond concentraties werden gemeten van ca 1850 ppb in 1990 tot 1900 ppb in 1999. Opvallend zijn hierbij zeer hoge maxima die worden gemeten in de meetstations in Hongarije (HUN) (tot 2000 ppb) en Roemenie (BSC) (pieken tot wel 2500 tot 2700 ppb).

Bron: https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete en https://gaw.kishou.go.jp/search


Het Nederlandse meetstation in Kollum (KMW - data beschikbaar van 1991 tot en met 2010) spant echter wereldwijd binnen deze dataset de kroon, waarbij de mediaan waarde in deze periode rond de 1950 ligt, en jaarlijkse piekwaardes op dagbasis (die vooral in het najaar optreden) worden gemeten van 2500 ppb met uitschieters boven de 3000 ppb.
In onderstaande grafiek zijn de dagmetingen en de maandwaarden van het KMW station weergegeven voor de periode 1990 tot 1999 in combinatie met de maandwaarden van station SPO (representatief voor de minimum concentratie in de dataset) en station BRW (representatief voor de gemiddelde concentratie in de dataset).
Bron: https://gaw.kishou.go.jp/search


Voor de periode 1990 en 1994 zijn er ook andere metingen beschikbaar in Nederland (alleen grafieken) van de meetlocaties Arnhem, Cabauw en Delft. Deze gegevens zijn afkomstig van deze RIVM rapportage. Alle metingen in Nederland laten een basiswaarde zien van ca 1700 a 1800 ppb met regelmatig optredende fluctuaties tot 2400 ppb en uitschieters tot ruim boven de 3000 ppb. Opvallend is hierbij dat de metingen van Arnhem en Kollum redelijk vergelijkbaar zijn, wat laat zien dat de hoge methaan concentraties een meer regionaal fenomeen lijken te zijn.

Periode 2000 tot 2009

Dit is de periode met het meeste aantal meetpunten (ca 100). De methaan concentratie neemt in deze periode niet veel toe: op de zuidpool (meetpunt SPO) neemt de methaanconcentratie toe van ca 1750 ppb in 2000 tot ca 1775 ppb in 2009; op het noordelijk halfrond neemt deze toe van ca 1850 ppb in 2000 naar 1875 ppb in 2009. Tussen 1999 en 2006 stijgt de methaan concentratie eigenlijk niet. Vanaf 2006 begint de methaanconcentratie weer te stijgen, een van de redenen hiervoor is de enorme toename van de schalieolieproductie, waarbij veel schaliegas niet wordt gebruikt of wordt afgefakkeld, maar direct de atmosfeer instroomt (zie ook dit artikel).

  Bron: https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete en https://gaw.kishou.go.jp/search

Ook in deze periode worden de hoogste waarden gemeten in de Kollumerwaard, waar de maandwaarden tussen de 1900 en 2100 ppb schommelen, terwijl de gemeten pieken bijna elk jaar boven de 2500 ppb uitkomen.

Periode 2010 tot 2019

In deze periode stijgt de methaanconcentratie weer. Op het zuidelijk halfrond van 1775 ppb in 2010 naar ca 1825 ppb in 2019; op het noordelijk halfrond stijgt de methaanconcentratie van 1875 ppb in 2010 naar 1975 ppb in 2019. In Nederland is alleen meetdata tot eind 2010 beschikbaar, dus het is onduidelijk hoe de methaanconcentratie na 2010 zich in Nederland ontwikkeld. Hoge waardes worden echter nog zeer veel in Europa gemeten. Bij de locaties met hoge methaanconcentraties (waar maandmaxima zijn gemeten) ligt de gemiddelde waarde in 2019 boven de 1950 ppb.
Opvallend hierbij is de locatie SGP (Southern Great Plains) in de VS (zie ook de maxima grafiek verderop). Dit meetpunt is vanaf 2002 operationeel. Er worden hier veel hoge maandwaarden gemeten. Waarschijnlijk heeft dit te maken met de toegenomen schalieolie winning in de hele VS. In dit artikel in Trouw wordt aangegeven dat de uitstoot uit de Permian-schalieolievelden in New Mexico en Texas veel hoger is dan eerder verwacht, alle gas wordt of afgefakkeld of gaat de lucht in. Volgens het artikel "heeft de methaanuitstoot van het Permian bassin een even groot klimaateffect als de verwarming en airconditioning van alle Amerikaanse huizen bij elkaar." Het SGP meetstation ligt tussen verschillende schalievelden in en ligt ca 600 km vanaf het Permian bassin.

Bron: https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete en https://gaw.kishou.go.jp/search

Verandering gedurende het jaar

Gedurende het jaar schommelt de methaanconcentratie als gevolg van aanmaak/lekkage en afbraak van methaan. De zon speelt hier een belangrijke rol. Gevolg is dat in het noordelijk halfrond (eerste grafiek hieronder) de methaan niveaus op het laagst zijn in de periode juni tot augustus, als de afbraak het hoogste is. In het zuidelijk halfrond (tweede grafiek hieronder) zijn de methaan niveaus op het laagst in februari of maart. Beide halfronden hebben dus de laagste concentratie in de zomer.

Bron: https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete en https://gaw.kishou.go.jp/search

Bron: https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete en https://gaw.kishou.go.jp/search

Satelliet metingen

De puntmetingen hebben een goed inzicht gegeven in de algemene patronen. Bij cruciale gebieden (toendra's, olie- en gaswinningen etc) zijn echter vlakmetingen nodig. Deze worden verkregen door satellietmetingen. Mede daarom wordt er veel tijd en geld gestoken in de ontwikkeling van regelmatig overvliegende satellieten die methaan concentraties meten. Op dit moment zijn de volgende missies actief (geweest):

Missie
Operationeel
Resolutie
Terugkeer frequentie
Scanning Imaging Absorption Spectrometer for Atmospheric Cartography (SCIAMACHY) instrument in de Envisat satelliet.
2002 tot 2012 (na 2005 niet echt meer betrouwbaar)
30 bij 120 tot 240 km2
Elke 6 dagen
Greenhouse gases Observing Satellite (GOSAT), vanwaar de CH4_GOS_OCPR dataset beschikbaar is. 2009 tot heden
10 km diameter met beperkte ruimtelijke dekking
Elke 3 dagen
de TROPOMI satelliet. 2017 tot heden
7 bij 7 km2
Dagelijks
GHGSat‐D, GHGSat-C1 en GHGSat-C2 satelliet instrument 2016 tot heden
50 bij 50 m2
2 weken

Missies die op de planning staan zijn Merlin minisatelliet, GEO-CAPE, GeoFTS, G3E en CHRONOS (bron).
De hoge resolutie metingen (7 bij 7 km) met een hoge terugkeerfrequentie van de TROPOMI satelliet heeft al tot interessante resultaten geleidt: met deze satelliet worden steeds meer methaan lekken opgespoord (zie bijvoorbeeld artikel november 2019 - Turkmenistan, artikel december 2019 - Ohio, artikel april 2020 - Texas).
De GHGSAT-kaarten die op tweewekelijkse basis methaan waarden geven met zeer grote nauwkeurigheid (50 bij 50 m2), maar relatief lage ruimtelijke dekking (bron) is hierbij een nuttige aanvulling (zie ook dit artikel en dit artikel).
Naast deze satelliet metingen zijn er ook nog metingen die worden uitgevoerd middels de IASI-metingen (Infrared Atmospheric Sounding Interferometer) en de NUCAPS (NOAA Unique Combined Atmospheric Processing System) verwerkingsmethodiek. Hieronder vallen onder andere de NOAA-20,
Suomi-NPP. De NOAA-website geeft over de twee NOAA producten echter het volgende aan:
"All the trace gases products derived from the Infrared Atmospheric Sounding Interferometer (IASI) and the NOAA Unique Combined Atmospheric Processing System (NUCAPS) are not validated yet by the science community and users should use them with precaution and at their own risks. These products will be updated soon after a through science validation.". 
MetOp is ook een IASI-meting, maar valt onder de ESA.  
 

Satellietmeting is niet gelijk aan meting op de grond 

Door alle verschillende satellieten, die zijn weergegeven in de bovenstaande tabel, wordt de totale methaan concentratie van de atmosfeer (alle methaan in de luchtkolom tussen de grond en de satelliet) gemeten (het kolomgemiddelde uitgedrukt als XCH4). Met behulp van computermodellen van de atmosfeer kan vervolgens een inversie uitgevoerd om te komen tot de methaan concentratie op verschillende hoogtes (zie bijvoorbeeld figuur 4 in deze studie en figuur 2 in deze studie). Ter validatie van de uitgevoerde inversie, kunnen deze berekende resultaten dan worden vergeleken met de uitgevoerde metingen van de methaan concentratie op verschillende hoogtes. Het kolomgemiddelde is echter iets totaal anders dan de methaan concentratie op de grond. Dat deze 2 sterk van elkaar verschillen zijn mensen zich lang niet altijd van bewust (zie bijvoorbeeld deze nieuwsberichten 1, 2 en 3 over de nieuwe portal van GHGSat). Om te laten zien hoe verschillend dit kan zijn, is in onderstaande figuur voor de periode 1 januari 2010 tot 31 december 2011 zowel de gemiddelde waarde over deze periode van de GOSAT dataset (bron) weergegeven, als de maandmeetwaarden op de grond afkomstig van de beide eerder genoemde databases. De meetpunten zijn in dezelfde schaal (van 1660 tot 1860 ppb) weergegeven als de afbeelding. Punten die hogere waarden hebben dan de aangegeven schaal (boven de 1900 ppb) zijn weergegeven als zwarte punten. 
Indien grondmetingen en de satellietmetingen direct vergelijkbaar met elkaar zijn zou dit betekenen dat als er over meerdere maanden een lagere waarde is, dit wordt gecompenseerd met een hogere metingen op een ander moment (om tot de gemiddelde waarde te komen) en andersom. Een aantal dingen vallen op:
1. Metingen op de grond zijn extremer: De metingen op de grond laten op meerdere plekken een totaal ander beeld zien van methaan concentraties dan de kolomgemiddelden. Zo zijn de concentraties op de grond in Noord Amerika, Europa en Noord Afrika altijd hoger (regelmatig zelfs zwarte punten) dan de kolomgemiddelden. Oorzaak hiervan is mogelijk het volgende: 
1. Transport: Bij opstijgende lucht (lage drukgebieden) wordt de methaan afgevoerd (en mogelijk afgebroken in hogere luchtlagen, zie volgende blog) gevolg: hoge concentraties op de grond, lagere kolomgemiddelde concentratie, terwijl bij dalende lucht (vaak rond de keerkringen) de extern aangevoerde methaan niet goed wordt afgebroken, terwijl er op de grond bijna geen methaan wordt geproduceerd (woestijnen), gevolg: lage concentraties aan de grond, hogere kolomgemiddelde concentratie. 
2. Afbraak: In deze gebieden is veel water aanwezig wat kan verdampen. Doordat er in deze gebieden veel sprake is van opstijgende lucht, wordt deze waterdamp naar de troposfeer gebracht, waardoor hydroxylradicalen kunnen worden gevormd die nodig zijn voor de afbraak van methaan (zie blog 5b).
Op de nieuwe portal van GHGSat kan dit patroon zeer goed worden waargenomen, zie ook figuur 5 in deze studie.
2. Handmetingen missen: Belangrijke locaties waar hoge methaan concentraties in de luchtkolom worden gemeten missen meetpunten op de grond (India/Bangladesh, de Sahel).

Bron: http://www.tropomi.eu/data-products/methane.
Kolomgemiddelde methaan concentratie over de periode 1 januari 2010 tot 31 december 2011 versus de metingen in die periode op de grond.

Deze vergelijking laat zien dat de inversie van de kolomgemiddelden naar een lagenmodel met onder andere de concentratie op de grond cruciaal is om deze satellietmetingen te kunnen gebruiken. De meteorologische situatie (onder andere dalende of stijgende lucht) en de hoeveelheid water dat kan verdampen op de grond is hierbij een belangrijke input.
Tegelijkertijd zijn de metingen op de grond noodzakelijk om de uitgevoerde inversies te controleren (zeker als er grote conclusies aan verbonden worden).
 

Conclusie

Methaan wordt gevormd onder zuurstofarme omstandigheden, onder andere door de reductie van CO2. In de afgelopen 100 jaar is de methaanconcentratie grofweg verdubbeld van 900 ppb rond 1900 tot tussen de 1800 en 2000 ppb op dit moment. De concentratie is tussen 1960 en 1990 gestegen met ongeveer 17 ppb per jaar, waarna het tot 2006 zeer beperkt gestegen is; tussen 2006 en 2019 is de methaanconcentratie gestegen met ca 8,5 ppb/jaar.
Om de methaan concentratie te bepalen wordt gebruik gemaakt van ijskernen voor het verleden, en metingen op een vaste locatie (vanaf 1983) dan wel metingen met een satelliet (eerste metingen vanaf 2002, maar nog altijd sterk in ontwikkeling) voor de concentraties op dit moment.
Groot voordeel van de satellietmetingen is dat deze zowel een groot gebied meten voor regionale patronen als terugkeren voor een herhalingsmeting. Omdat echter de gemiddelde kolomconcentratie wordt gemeten, moet een inversie worden uitgevoerd om de concentraties op verschillende hoogtes te bepalen. Voor de verificatie van deze inversie zijn de puntmetingen op de grond nodig.

Bronnen:

- https://catalogue.ceda.ac.uk/uuid/18ef8247f52a4cb6a14013f8235cc1eb
- https://montreal.ctvnews.ca/montreal-based-company-launches-global-map-of-methane-concentrations-1.5154515?cache=yes%3Fautoplay%3Dtrue
- https://hal.archives-ouvertes.fr/hal-00295646/
- https://amt.copernicus.org/articles/11/6379/2018/
- https://directory.eoportal.org/web/eoportal/satellite-missions/m/merlin
- https://www.epa.gov/sites/production/files/styles/large/public/2016-07/ghg-concentrations-figure2-2016.png
- https://earth.esa.int/eogateway/instruments/sciamachy
- https://earth.esa.int/eogateway/missions/gosat
- https://earth.esa.int/web/eoportal/satellite-missions/m/metop
- https://envmicro.ethz.ch/news-and-events/_jcr_content/par/textimage_0/image.imageformat.lightbox.1724619685.jpg
- https://pulse.ghgsat.com
- https://www.ghgsat.com/
- https://gaw.kishou.go.jp/
- https://gaw.kishou.go.jp/search
- https://www.mdpi.com/2072-4292/12/3/375/htm
- https://medium.com/supervisionearth/wheres-the-world-s-atmospheric-methane-coming-from-7462019afc13
- https://www.nationalgeographic.com/environment/2019/08/fracking-boom-tied-to-methane-spike-in-earths-atmosphere/
- https://www.nature.com/articles/s41598-020-57678-4#Fig1
- https://www.esrl.noaa.gov/gmd/dv/data/index.php?parameter_name=Methane&frequency=Discrete
- https://www.ospo.noaa.gov/Products/atmosphere/soundings/nucaps/NUCAPS_gridded.html
- https://nos.nl/artikel/2311530-groot-methaan-lek-ontdekt-vanuit-de-ruimte-en-aangepakt.html
- https://www.researchgate.net/profile/Andrew_Roberts16/publication/283819494/figure/fig1/AS:639140391563270@1529394352444/Cartoon-representation-of-the-depth-distribution-of-sedimentary-redox-driven-diagenetic_W640.jpg
- https://www.researchgate.net/publication/336822534_Satellite_Discovery_of_Anomalously_Large_Methane_Point_Sources_From_OilGas_Production
- https://www.researchgate.net/publication/336891905_Accurate_measurements_of_atmospheric_carbon_dioxide_and_methane_mole_fractions_at_the_Siberian_coastal_site_Ambarchik
- https://www.rivm.nl/bibliotheek/rapporten/722501003.pdf
- https://spacenews.com/ghgsat-unveils-free-global-methane-map/
- https://www.technischweekblad.nl/artikelen/tech-achtergrond/de-methaanspeurders-tropomi-claire-iris-en-hugo
- https://www.tno.nl/nl/over-tno/nieuws/2019/12/detectie-van-methaanemissies-via-satelliet/
- http://www.tropomi.eu/data-products/methane
- http://www.tropomi.eu/sites/default/files/styles/large/public/t_CH4_GOS_2010-2011.png
- https://www.trouw.nl/nieuws/ruimtespion-legt-enorme-methaanuitstoot-vs-bloot~b3b4504b/
- https://en.wikipedia.org/wiki/SCIAMACHY
- https://agupubs.onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1002/2018GL077259
- https://agupubs.onlinelibrary.wiley.com/doi/abs/10.1029/GM032p0061
- https://agupubs.onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1002/2014JD021551
- https://agupubs.onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1002/2018GL077259
- https://agupubs.onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1029/2019GL083798

 

Geen opmerkingen: