01 juni 2018

Begrazing II - Kan veeteelt ook hand in hand gaan met de natuur?

Naast de grootschalige akkerbouw, waaraan ik al heel veel aandacht heb geschonken, heeft ook het houden van vee een enorme impact gehad op onze planeet. Dit artikel in de Guardian van mei 2018 geeft aan, dat van alle zoogdieren 36 % mensen, 60% vee en 4% in het wild levende dieren zijn; 70 % van alle vogels zijn op dit moment pluimvee, zoals kippen en eenden, terwijl 30% van de vogels, wilde vogels zijn. Geschat wordt dat 83% van alle wilde zoogdieren en 50% van alle planten zijn omgebracht of verdwenen dankzij de mens. De film cowspiracy (hier te kijken) heeft laten zien, dat wereldwijde veeteelt en toeleverende industrie een enorme impact op onze planeet heeft: 18% tot zelfs 51% van alle broeikasgassen zijn afkomstig van veeteelt en veeteelt gerelateerde activiteiten.
Helaas walst deze film heen over Allan Savory (rond 51:15 minuten), op basis van de eerder in zijn leven gemaakte grote fout: Allan Savory was als jonge bioloog in de jaren 50 van de 20e eeuw verantwoordelijk geweest voor het afschieten van 40.000 olifanten in Zimbabwe om verwoestijning en land degradatie te voorkomen. Deze maatregel bleek het echter alleen maar erger te maken: de olifanten populatie was dus niet de oorzaak van de land degradatie.
Over deze fout is Allan Savory echter heel open, en hij geeft juist aan dat deze grote fout hem uiteindelijk heeft laten zien dat de oorsprong van het probleem van verwoestijning juist niet in het verminderen van het aantal dieren zit. Hoe het dan wel anders moet, daar wil ik in deze blog op ingaan.

De (zeer onder vuur liggende) hypothese is, dat door beter georganiseerde kortstondige en volledige begrazing het ecosysteem wordt verbeterd en er mogelijk zelfs meer dieren kunnen grazen op hetzelfde gebied. Dit wordt veroorzaakt doordat, dankzij het betere graasbeheer, de bodemvruchtbaarheid wordt verbeterd en daardoor de productie van de graasgebieden ook toeneemt. Het snappen van de interactie tussen bodem, vegetatie en dieren is daarom van groot belang.
Ik verwijs hierbij ook naar een eerdere blog die ik heb geschreven, waarin ik heb aangegeven waarom gras begraasd moet worden, maar niet overbegraasd. Dit is precies wat moet gebeuren op de aride savannahs (maar kan net zo goed in minder aride gebieden worden toegepast): deze savannahs moeten op de juiste manier worden begraasd, om ze gezond te houden. Dit concept is te vinden onder meerdere benamingen: holisitsch begrazen (In het Engels, holistic grazing, adaptive grazing, of adaptive multi paddock grazing).

Goed graasbeheer is van vitaal belang

Er zijn bij graasbeheer (Holistisch begrazen) 4 aspecten van belang om in het achterhoofd te houden
  1. Het geheel: focus niet op deelaspecten, maar bekijk het gehele (eco)systeem
  2. De brosheid: hoe bros is het ecosysteem, of hoe aride is het natuurlijke systeem
  3. De kracht van de aantallen: het is beter om een gebied kort en hevig af te grazen, dan continu een beetje
  4. Het moment: wanneer gegraasd wordt, is van levensbelang

1. Bekijk het geheel

Onze samenleving kijkt vaak naar winst- en opbrengstmaximalisatie van datgene waar jij goed in bent. Hierbij wordt echter niet alles gemonetariseerd. Zo wordt op veel plekken de bodem uitgeput, als gevolg van ons huidige agrarische systeem; onze bodem erodeert langzaam weg; de (grond)waterkwaliteit ondervindt negatieve gevolgen van uitspoeling van meststoffen en pesticiden; de biodiversiteit neemt af; de werkgelegenheid op het platteland neemt af met migratie naar de stad en verlies aan sociale structuur tot gevolg etc etc. Met al deze gevolgen worden bij het maken van landbouwtechnische plannen en bij de inrichting van een bedrijf vaak geen rekening gehouden. Echter de gevolgen worden wel steeds duidelijker zichtbaar. Zo is bijvoorbeeld de oorlog in Syrie te linken aan de leegloop van het platteland door het opheffen van de graasrechten van de traditionele bedoeinen in 1958.

En dit kan anders, alleen vereist dit wel een radicaal andere bedrijfsvoering en ook een andere kijk op het bedrijf, zoals de video "One hundred  thousand beating hearts" laat zien. Deze boerderij is op hetzelfde gebied gegaan van 700 koeien naar 100.000 dieren, ze gebruiken geen kunstmest, pesticiden of antibiotica meer, het organisch stofgehalte is de bodem is toegenomen van minder dan 0,5 naar meer dan 5%, het aantal werknemers is toegenomen, daardoor is er meer werkgelegenheid in het dorp, de boerderij heeft een enorme biodiversiteit, die resulteert in een grote kolonie 26 arenden...

Als je zo boer bent, heb je geen natuurgebieden meer nodig, maar is de boerderij kennelijk zelf een natuurgebied geworden!


2. Brosheid van het systeem

De mate waarin een systeem bros is (brittleness in het Engels), hangt sterk samen met het watertekort, wat eigenlijk neerkomt op het verschil tussen de potentiele verdamping en de neerslag.
Meestal wordt gekeken naar de netto neerslag (De neerslag minus de actuele verdamping), maar het verschil tussen de potentiele verdamping (de maximale hoeveelheid water die kan verdampen als er voldoende water beschikbaar is) en de neerslag, laat de mate van "water tekort" zien. Hoe groter het tekort, hoe groter de brosheid van het systeem. Semi aride en aride systemen en woestijnen zijn in deze definitie dus brosse ecosystemen.
Veel brosse systemen hebben 1 regenseizoen, en een lange droge periode daartussen. Vegetatie verdort hierbij, het ecosysteem trekt zich terug in de grond en staat verdort te wachten op het regenseizoen. Als de planten verdorren worden plantvocht en nutrienten teruggetrokken in de wortels van de plant en verliest het bovengrondse deel van de plant daarmee zijn groene kleur.
Doordat alle vegetatie droog is, vindt compostering eigenlijk niet plaats, en kan de vegetatie - als het niet wordt opgegeten - alleen verdwijnen door (zeer langzame) oxidatie of verbranding.

Bron: https://www.slideshare.net/bio4climate/precious-phiri-holistic-management-in-practice-the-ecological-economic-and-social-benefits?from_action=save

3. De kracht van de aantallen

Als je kijkt naar natuurlijke processen rondom begrazing, komen grazers voor in grote kuddes, die samen rondtrekken en zich door op te trekken in een grote kudde beschermen tegen de predatoren. Natuurlijke ecosystemen zijn op deze manier van begrazing afgestemd. Wordt hiervan afgeweken, dan kan dit verstrekkende gevolgen hebben met verstrekkende gevolgen voor een ecosysteem.
Gelukkig kunnen negatieve effecten ook weer worden ongedaan gemaakt, zoals bijvoorbeeld de documentaire "How wolves change rivers" over de introductie van de wolven in het Yellowstone park in de VS laat zien.


De kracht van het grazen in grote aantallen, is dat hele gebieden in een keer worden volledig worden kaal gegeten, alles wordt opgegeten, alles wat niet wordt opgegeten wordt platgetrapt en het gebied wordt voorzien van een goede hoeveelheid urine en andere uitwerpselen. Kortom, precies wat in de huidige veeteelt ook gebeurt: na het maaien en balen wordt (kunst)mest uitgereden, zodat nieuwe groei kan plaatsvinden. Het voordeel van het holistische proces is dat het geen fossiele brandstoffen kost.
Zoals ik in mijn eerdere graasblog heb uitgelegd groeit gras vanuit de meristeem, die bij grassen onderin en in de stengel zit. In de meer brosse ecosystemen, waar het gras afsterft is dit meristeem onderin verantwoordelijk voor nieuwe groei: hier moeten dus de oude stengels verdwijnen om ruimte te maken voor nieuwe groei. Hiervoor zijn nieuwe grondstoffen nodig. En juist deze beide dingen - kortwieken en voorzien van nieuwe grondstoffen - wordt met deze manier van grazen bereikt.
Walter Jehne, voormalig klimaatwetenschapper en microbioloog bij CSIRO en oprichter van Healthy Soils Australia, geeft in deze webinar aan, dat als bepaalde gebieden niet worden begraasd (vooral savana's) je juist meer branden kunt krijgen (teveel droog materiaal). Dit wordt zelfs noodzakelijk als grazers er niet meer zijn, anders is er namelijk geen nieuwe groei. Het verbranden van graasgebieden stimuleert echter niet het koolstof hergebruik (via vertering in de maag van de grazer en uitwerpen zodat het door de bodem wordt opgenomen) en bevordert dus geen bodemverbetering of verhoogde koolstofgehaltes in de bodem.

4. Het moment is cruciaal

Bij het grazen van planten is het moment waarop wordt begraasd van cruciaal belang: als de plant te jong is, verzwakt de plant en kan hij niet goed hergroeien, als de plant te oud is, is de plant bruin geworden wat duidt dat de voedingswaarde niet meer optimaal is: bruin natuurlijk materiaal bevat meer koolhydraten, groen natuurlijk materiaal meer eiwitten.
Deze balans tussen groei en voedingswaarde is weergegeven in de 2 onderstaande figuren. De uitdaging bij goed graasbeheer is dus, om op het juiste moment te grazen, waarop de voedingswaarde nog goed is, en de kg droge stof maximaal is. Tegelijk moet de begrazing ook niet te lang zijn, om te voorkomen dat de grasplant te klein wordt, waardoor hergroei niet meer goed mogelijk is. Moment en duur moeten dus goed worden bepaald.
Bron: http://www.grass-fed-solutions.com/images/pasture-rotation-grass-nutrients.gif

Bron: http://www.grass-fed-solutions.com/images/Maximize-Pasture-Productivity.jpg

Als de plant begraasd wordt, produceert de plant niet meer genoeg suikers om het uitgebreide wortelstelsel te kunnen voorzien van voedsel, het wortelstelsel wordt daarom verkleind, en water en nutrienten worden gebruikt voor bovengrondse groei. Met de groei van de bovengrondse kan het wortelstelsel daarna weer verder groeien.

Indien begrazing te snel na elkaar plaats vindt, kan de plant een minder uitgebreid, minder diep wortelstelsel onderhouden. Gras in te frequent begraasde gebieden heeft daarom minder diepe wortels, zoals onderstaande figuur laat zien.

Bron: https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEhEVm8ZYjHWHv2A9i07oTvcIYusKFXx002jfcJMdepRq4Hmgx1pHLarWXtS5miQIgy7ZEhf051BAjSQzpVQQEts00mqKkmmd01vTb5iKlhQ7vHoDZ8rJRSRv1EZttPvG6dyXtYBuB_y9YnC/s1600/root-1-ed1.jpg

Minder diepe wortels, betekent echter ook dat de plant een slechtere toegang heeft tot bodemvocht en daardoor eerder de gevolgen van droogte ondervindt, klimaatverandering gaat meer periodes van droogte geven, dus dan zijn diepe wortels van groot belang. Het is echter goed om te realiseren dat de worteldiepte verschilt per planten soort, ecosysteem en bodemtype.


Bron: https://healthylandethic.com/2013/11/17/why-prairies-matter-and-lawns-dont/

Het moment van grazen heeft echter ook zo zijn impact op de gezondheid van de dieren en op de melkkwaliteit en -kwantiteit. Joel Salatin heeft tijdens een masterclass het volgende uitgelegd:
Jong gras wat aan het groeien is, is groen, en bevat veel N en C, oud gras wordt harder en minder groen en bevat naar verhouding minder N en meer C.
Jong gras bevat meer proteines/ eiwitten, die meer N bevatten. Oud gras bevat minder N en meer C, wat zich uit in de aanwezigheid van meer koolhydraten/ suikers. Meer geconsumeerde koolhydraten dragen bij aan meer meer vet in de melk. Meer geconsumeerde eiwitten geven een groter geproduceerd melkvolume.
In jong vers gras zitten dus meer eiwitten, in oud en/of droog gras naar verhouding meer suikers. Wat erin gat bepaalt ook hoe het eruit gaat: hoe meer eiwitten ze krijgen, hoe dunner de uitwerpselen, hoe meer koolhydraten, hoe dikker en droger de uitwerpselen. Idealiter is het halfzacht, de mooie koeienvlaai. Hierbij moet dus zowel eiwitten als suikers worden geconsumeerd.
De dunne uitwerpselen, zijn echter zodanig scherp (ze bevatten relatief teveel N), dat als ze worden uitgereden, ze koolstof uit de bodem gebruiken (zie mijn eerdere blog over de N/C verhouding).

Tenslotte kun je bij begrazing op het juiste moment, ook gebruik maken van verschillende dieren, die achter elkaar grazen, om elk hun eigen plantensoorten te eten, zodat niet 1 plantensoort het hele systeem overneemt, omdat deze plant niet wordt begraasd. Koeien, schapen, geiten, kamelen, buffels, alle verschillende grazers eten allemaal hun eigen deel van de beplanting.
Daarnaast kunnen dieren ook als dierlijke tractoren worden gebruikt: kippen, ganzen, eenden, of kalkoenen, varkens kunnen allemaal bijdragen aan het verspreiden van de mest of het openwerken van de bodem, zodat nieuwe nutrienten voor hergroei beschikbaar komen aan alle planten. (zie bijvoorbeeld deze, deze en deze blogs). Bovendien geven deze dieren dan ook nog iets extra's (Eieren, vlees etc). In de eerder genoemde documentaire "One hundred  thousand beating hearts", is dit geintegreerde systeem mooi weergegeven.

Impact van deze andere begrazingsmethode

Deze andere manier van begrazing vraagt om een totaal andere manier van boeren. De dieren lopen buiten, maar moeten elke dag naar een ander veld worden gebracht. Melken van koeien moet hierdoor mogelijk op een andere manier worden ingericht...
Tegelijkertijd laat onderstaande korte documentaire zien dat de andere manier van begrazing tot een zeer grote besparing en dus een veel betere bedrijfsvoering kan leiden!


De natuurlijke begrazing leidt tot een grotere biodiversiteit in planten, een betere bodemkwaliteit, beter infiltrerend vermogen. Tevens wordt veel koolstof vastgelegd. Onderstaande video laat een uitgebreid veldonderzoek hiernaar zien. Met dit begrazingssysteem kunnen dus op een zeer succesvolle manier gebieden worden getransformeerd van gedegradeerde naar productieve en gezonde veehouderijen.


Blog I over begrazing

Geen opmerkingen: