In eerdere blogs heb ik het gehad over de voedselproductie en de verwerkende industrie, hoe deze wereldwijd veranderd is. De link tussen de productie en de verwerking wil ik in deze blog bekijken. Hiervoor kijk ik eerst naar de handelshuizen, dan naar de handelshuizen die agrarische producten verkopen en dan naar 4 de grootste voedsel verhandelende handelshuizen in het bijzonder.
In 2012 zag de top van de handelshuizen er als volgt uit (jaar van oprichting, omzet in 2012):
De leeftijd van de handelshuizen varieert dus tussen 13 en bijna 200 jaar. Dit geeft aan dat het een dynamische markt is, waarin bedrijven snel groot kunnen worden. Maar ook: markten komen en gaan; de belangrijke producten van het ene jaar, hoeven daarmee ook niet ook de belangrijke producten van het andere jaar te zijn.
Net als in de andere delen van de voedselketen is ook in de tussenhandel de afgelopen decennia een grote mate van consolidatie opgetreden: in januari 2017 werd de markt van grondstoffen voor voedsel handel gedomineerd door 4 grote spelers. Deze partijen hebben samen een omzet van ongeveer 250 tot 300 miljard euro. De omzet per jaar kan sterk varieren door de variatie van de prijs van de te verhandelen producten (het hangt sterk af van hoe goed of slecht de oogst van een gewas is).
De 4 partijen zijn: ADM, Bunge, Cargill en Louis Dreyfus. Alleen Louis Dreyfus staat dus niet in de top 10 van de wereldwijde handelshuizen. Naast deze 4 zijn er andere partijen die proberen een grotere rol in de markt van de agrarische producten te krijgen, zoals kleinere spelers als Olam, Cofco (China Agri -Industries), Charoen Pokphand Group, Sinar Mas, Wilmar en de grote spelers Noble Group en Glencore.
De 4 grootste handelshuizen in de agrarische producten, de ABCD, domineren de markt, zoals ook in de bovenste figuur van het PBL is te zien. Het exacte marktaandeel bij de verschillende gewassen is onduidelijk, aangezien de partijen hun marktaandeel niet bekend maken. Maar geschat wordt bijvoorbeeld dat deze 4 grote spelers verantwoordelijk zijn voor 70% van de wereldwijde granenmarkt.
Maar de ABCD doen niet alleen de handel, maar ook de opslag en het transport. Hiermee kunnen zij dus ook de wereldprijzen beinvloeden, door voedsel vast te houden en op voor hun gunstige momenten te verkopen, tenzij overheden zelf prijzen gaan bijsturen door het aanleggen van eigen voorraden van voedsel.
Dit alles maakt de wereld zeer afhankelijk van deze partijen. Deze partijen zitten op dit moment al in de categorie "to-big-to-fail". Terwijl voedsel na lucht en water het derde is wat we elke dag nodig hebben.
Bron: http://www.pbl.nl/en/infographic/concentrations-within-the-dutch-food-chain |
De handelshuizen
De wereld van de bulkhandel is een miljarden markt, waar voedsel een beperkt onderdeel van uitmaakt. Ertsen, metalen, olie, petrochemische producten, mineralen, hout en agrarische producten - ze worden allemaal op de wereldmarkt verhandeld.In 2012 zag de top van de handelshuizen er als volgt uit (jaar van oprichting, omzet in 2012):
- Vitol (1966, $ 303 mrd) - allerlei energie producten, suiker, metalen en granen
- Glencore (1974, $ 236 mrd) - allerlei energie producten, metalen en mineralen
- Cargill (1865, $ 134 mrd) - vooral agrarische producten, maar ook staal, zout en biobrandstoffen
- Trafigura (1993, $ 120 mrd) - allerlei energie producten en niet ijzerhoudende metalen
- Koch Industries (1920's, $ 115 mrd in 2011) - steenkool, petrochemie, bosbouw en papier
- Mercuria Energy Group (2004, $ 98 mrd) - allerlei energie producten, zoals olie, gas, elektriciteit en biodiesel
- Noble group (1986, $ 94 mrd) - allerhande energie producten, mineralen, ertsen en agrarische producten
- Gunvor Group (1997, $ 93 mrd) - Olie, olieproducten, gas en granen
- ADM (1902, $ 89 mrd) - agrarische producten
- Bunge (1818, $ 61 mrd) - agrarische producten en kunstmest
De leeftijd van de handelshuizen varieert dus tussen 13 en bijna 200 jaar. Dit geeft aan dat het een dynamische markt is, waarin bedrijven snel groot kunnen worden. Maar ook: markten komen en gaan; de belangrijke producten van het ene jaar, hoeven daarmee ook niet ook de belangrijke producten van het andere jaar te zijn.
De handelshuizen van de agrarische producten
De verhandeling van het agrarische producten is maar een beperkt onderdeel van de hele markt van bulkhandel, overslag en transport. Een interessant achtergrond artikel over deze vorm van tussenhandel is in januari 2017 verschenen in de Groene Amsterdammer.Net als in de andere delen van de voedselketen is ook in de tussenhandel de afgelopen decennia een grote mate van consolidatie opgetreden: in januari 2017 werd de markt van grondstoffen voor voedsel handel gedomineerd door 4 grote spelers. Deze partijen hebben samen een omzet van ongeveer 250 tot 300 miljard euro. De omzet per jaar kan sterk varieren door de variatie van de prijs van de te verhandelen producten (het hangt sterk af van hoe goed of slecht de oogst van een gewas is).
De 4 partijen zijn: ADM, Bunge, Cargill en Louis Dreyfus. Alleen Louis Dreyfus staat dus niet in de top 10 van de wereldwijde handelshuizen. Naast deze 4 zijn er andere partijen die proberen een grotere rol in de markt van de agrarische producten te krijgen, zoals kleinere spelers als Olam, Cofco (China Agri -Industries), Charoen Pokphand Group, Sinar Mas, Wilmar en de grote spelers Noble Group en Glencore.
Breedte van activiteiten van ABCD
Oxfam heeft in 2012 een uitgebreid rapport geschreven over de voedselhandel, waarin ook de sectoren, waar de ABCD in actief zijn, zijn opgenomen. Hieronder de vertaalde versie, zoals te vinden is in appendix 3 van dit rapport. Opgemerkt wordt dat dit een momentopname was van 2012. Afhankelijk van de marktomstandigheden kan de huidige situatie sterk verschillen met deze van 2012. Het laat zien hoe groot de invloed van deze 4 partijen is op onze voedselketen.Activiteit | ADM | Bunge | Cargill | Louis Dreyfus |
Voedselgewassen | ||||
Sojabonen / oliezaden | X | X | X | X |
Palm olie | X | X | X | X |
Mais | X | X | X | X |
Granen | X | X | X | X |
Sap (citrus) | X | X | ||
Coca | X | X | ||
Koffie | X | |||
Suiker | X | X | X | X |
Katoen | X (Katoenzaad) | X | X | |
Rijst | X | X | ||
Verwerking | ||||
Graan vermalen | X | X | X | X |
Olie malen | X | X | X | X |
Voedsel verwerking | X | X | X | |
Dieren voeder | X | X | X | X |
Biobrandstoffen productie | X | X | X | X |
Industriele producten afkomstig van dierlijke producten | X | X | X | |
Vlees, eieren | X | |||
Agrarische producten/Diensten | ||||
Kunstmest | X | X | X | X |
Zaaigoed verkoop | X | X | ||
Gecontracteerde landbouw | X | X | X | X |
Agrarisch advies | X | X | X | |
Verzekeringen | X | X | ||
Gecontracteerde veehouderij | X | |||
Opslag en transport | ||||
Opslag | X | X | X | X |
Transport | X | X | X | X |
Investeringen en Risico management | ||||
Financiele diensten | X | X | X | X |
Landbouwgrond aankoop | X | X | X | X |
Conclusie
Zoals in onze globaliserende wereld op veel plaatsen het geval is, is ook de markt van de groothandelshuizen een consoliderende en sterk fluctuerende miljardenmarkt.De 4 grootste handelshuizen in de agrarische producten, de ABCD, domineren de markt, zoals ook in de bovenste figuur van het PBL is te zien. Het exacte marktaandeel bij de verschillende gewassen is onduidelijk, aangezien de partijen hun marktaandeel niet bekend maken. Maar geschat wordt bijvoorbeeld dat deze 4 grote spelers verantwoordelijk zijn voor 70% van de wereldwijde granenmarkt.
Maar de ABCD doen niet alleen de handel, maar ook de opslag en het transport. Hiermee kunnen zij dus ook de wereldprijzen beinvloeden, door voedsel vast te houden en op voor hun gunstige momenten te verkopen, tenzij overheden zelf prijzen gaan bijsturen door het aanleggen van eigen voorraden van voedsel.
Dit alles maakt de wereld zeer afhankelijk van deze partijen. Deze partijen zitten op dit moment al in de categorie "to-big-to-fail". Terwijl voedsel na lucht en water het derde is wat we elke dag nodig hebben.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten